- 6 -
21 juni 1984
nu toe is er ca. 50% van de bezuinigingen gehaald en dat zou dan de ver
leiding kunnen brengen om te zeggen: dan kun je 50% van de investeringen
ook wel laten doorgaan. Dat is niet de bedoeling, het was niet alleen voor
investeringen, maar ook voor andere zaken dat er bezuinigd moest worden.
Wij vinden dan ook dat met name de basisprognose na vanavond een aanpassing
behoeft. Met betrekking tot het raadsvoorstel zoals onder punt 4 in het
herziene raadsvoorstel is voorgesteld, wil mijn fraktie eerst een reaktie
van het college en in het bijzonder van de portefeuillehouder van welzijn
om daarna pas accoord te kunnen gaan met de rest van de voorstellen.
VOORZITTER: Het is misschien goed nog even op te merken, omdat u daar zelf
op attendeert, op de inbreng van de Medezeggenschapcommissie en G.0.dat
er nog een 2e reaktie van de M.c, secretarie en de M.c. gemeentewerken is
binnengekomen op het allerlaatste moment. Ik heb gemeend het enige te moeten
doen wat nog mogelijk was, n.1. een copie daarvan op uw tafel te leggen. Het
is wel van belang om te zien dat de strekking van dat commentaar wel wat
anders is dan de strekking in eerste instantie. Ik neem aan dat dit verder
bij de diskussie kan worden betrokken,
Heer VERHEUS: Mijnheer de voorzitter, er is sinds de vergadering van deze
raad in februari j.1. een heleboel werk verzet in het kader van de A.T.B.
Ik wil dan ook beginnen om de ambtenaren en het college daarvoor de erkente
lijkheid van de CDA-fraktie te betuigen. Als politieke partijen in deze
raad kunnen we van mening verschillen over het resultaat van deze arbeid,
dat alles laat niet onverlet dat er door het ambtelijk apparaat een enorm
stuk werk is verzet, waarvoor mijn fraktie grote waardering heeft. Ik hoop
niet dat het college nu gaat denken dat het venijn van mijn betoog wel in de
bekende staart zal zitten. Als raad hebben wij gekozen voor een zogenaamde
sektorale aanpak. Elke portefeuillehouder was dientengevolge voor zijn
portefeuille verantwoordelijk. Ik heb in de februari-raad gezegd dat onze
fraktie het een positieve zaak achtte, dat dit voorstel - wat betreft die
sektorale aanpak dus,- door het voltallige college unaniem werd onderschreven.
Elke portefeuillehouder zou in de vergadering van hedenavond met zijn voorstel
bij de raad komen. Wij hebben ons in februari j.1., evenals trouwens de fraktie
van de WD, niet willen binden aan exact 3,3 miljoen. Daarbij stond ons voor
ogen, dat we het college niet in een te nauw-zittend keurslijf wilden persen.
Dat werd toen door de PvdA-fraktie uitgelegd als lafheid, om geen keuze te
durven doen. Ik kom daar straks nog op terug. Nu al wil ik duidelijk stellen,
dat de CDA-fraktie niet terugdeinst voor het maken van een keuze. Mijnheer
de voorzitter, ik wil graag een paar kanttekeningen plaatsen bij het voor
liggende raadsvoorstel. De door het college vastgestelde taakstelling is
niet geheel bereikt. Dat is op zich wellicht verklaarbaar, maar het wordt