- 51- 17 december 1984 Over punt 19 van de raadsagenda hoeven we het helemaal niet te hebben, want ik heb gelezen dat de voorzitter van de welzijnscommissie inmiddels dit al heeft afgedaan met 'boerenbedrog' en ik wil graag van de wethouder horen wat hij daarvan vindt, of dat juist is, U begrijpt, mijnheer de voorzitter, dat ik uw welzijnsplannen een vergissing vind. Van de muziek school zegt u nu al dat, als ze in Hoevelaken en Amersfoort bezwaren gaan maken, u het niet doet. Als u wijkt voor dergelijke argumenten, dan moet u ook maar luisteren naar de mensen die denken dat we in Soest veel meer geld nodig hebben voor het welzijn. Heer POTHUIZEN: Een 6- heb ik op 25 oktober aan de voorstellen gegeven en die kwalificatie kon alleen maar tot stand komen door de uiterste welwillend heid te betrachten. Inmiddels is dan al het overleg gevoerd en zijn alle geheimen onthuld en vooruit, een echte 6 dan. Dat drukt overigens zelden tevredenheid uit en ook in dit geval is het geen tevredenheid. De taak stelling lijkt bereikt, na de stemming straks zien we wel of het ook is bereikt. Wat in ieder geval bereikt is, is het punt waarop je bij verder bezuinigen het voorzieningenniveau onaanvaardbaar gaat aantasten. Waar wij in Soest, vergeleken met andere plaatsen niet ruim in welzijnsvoorzieningen zitten, betekent dat voor ons dat, als er onverhoopt nu toch weer eens een bezuinigingsronde zou moeten komen, de welzijnshoek buiten beschouwing moet blijven. Als ik uw voorstel doorneem, dan ben ik met I. akkoord. II.e, jeugdzorg. Ik vind het jammer, dat de stichting de uitgestoken hand niet heeft willen grijpen en dat brengt mij ertoe het collegevoorstel te volgen. Er is één aspekt dat wel terecht is aangeroerd, dat is dat van de zorgvuldigheid in de besluitvorming van de gemeenteraad. We hebben één keer onze vingers gebrand en ik zou dus uitdrukkelijk willen horen of we op dit punt dan wellicht nog een klein uitstel moeten hebben om het branden van de vingers een tweede keer te voorkomen. Met II.f ben ik akkoord. Bij de muziekschool, II.g ben ik enigermate verbaasd over de wethouder, waarvan ik mij afvraag of hij nu toch begrijpt hoe je met de gemeenschappelijke regeling moet omgaan. Ik ben met het bedrag voor 1986 overigens akkoord, maar met de toelichting die wordt gegeven, niet. We hebben het in juni al eens gehad over wat er nu in de gemeenschappelijke regeling staat. Anders dan u suggereert, valt er helemaal niets vast te stellen en er valt ook niets goed te keuren. Er ligt wel een andere taak voor deze raad en die taak kunnen wij als raad niet uitvoeren, want we worden niet in de gelegen heid gesteld om dat te doen. Ik zal het nog eens voorlezen:"Na de vast stelling van de gemeentebegroting van de onderscheiden gemeenten, maar

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1984 | | pagina 336