- 39 - 19 december 1984 dat daar ook inzicht wordt gegeven in de exploitatiekosten van het nieuwe gebouw in vergelijking met de exploitatiekosten van het oude gebouw; dat we een duidelijk inzicht krijgen of het Ministerie van Financiën het standpunt van het Ministerie van Binnenlandse Zaken deelt; wat de finan ciële gevolgen zijn als eventueel onverhoopt de rijksbijdrage toch niet op de verwachte data zou worden ontvangen -ik zou mij kunnen voorstellen dat je in dat geval blij zou zijn als er nog een algemene reserve is -; dat de ruimte, die ik ongeveer schat op een 100.000 gulden per jaar, wordt gevonden in de investeringslijst, de voortschrijdende meerjarenbegroting. Naar mijn gevoel is die ruimte er, maar men moet het willen in het kader van de besteding van de ruimte voor nieuw beleid. De raad moet daarvoor de prioriteit bepalen. Heer VERHEUSVoorzitter, van veel kanten is in deze raad gedurende een groot aantal jaren gevraagd om een meerjarenbegroting. Nu is het dan zover. Mijn fraktie is daar vooral het ambtelijk apparaat erkentelijk voor. Een paar opmerkingen, voorzitter. Ik denk dat het goed is dat we waakzaam zijn en blijven terzake van bezuinigingsvoorstellen van de rijksoverheid, en voor onvoorziene tegenvallers. We gaan ervan uit, dat een voortschrij dende meerjarenraming jaarlijks zo nodig moet worden bijgesteld. Daarnaast moet de raad geregeld inzicht krijgen in de stand van zaken. In de beleids uitgangspunten van het college staat dat twee maal per jaar aan de raad daarover inzicht gegeven zal worden, zeker ook voor wat betreft de krediet bewaking. Uw voorstel voor wat betreft de saldi-reserveom die terug te brengen tot 5 miljoen, daar kan mijn fraktie zich wel mee verenigen, alleen zou ik daar aan toe gevoegd willen zien, dat we er daarnaast van uitgaan, van een bedrag van 4% van de totale begroting. Dan indexeer je meteen die saldireserveDat zou in kunnen houden dat het de ene keer iets hoger, de andere keer iets lager komt, maar ik dacht dat die 4% een goede aanvulling was om meteen te voorkomen dat wat nu 5 miljoen is, misschien over 10 jaar geen 5 miljoen meer is, wel op papier, maar in werkelijkheid niet. De methode die door het college is gehanteerd voor wat betreft die blokken a t/m c spreekt ons zeker aan, want ook dat komt in het collegeprogramma voor. Over dat collegeprogramma wil ik nog een paar opmerkingen maken. Ik citeer: "financiële ruimte door nieuw beleid zal slechts kunnen worden gevonden door het inruilen van minder belangrijke bestaande voorzieningen en zaken tegen nieuwe, die meer noodzakelijk worden geacht, herschikking van taken dus, het afstoten van taken en het schrappen van automatismen in de begroting." Onder punt 6, mijnheer de voorzitter, op bis. 12 van de meerja renraming, vraagt u ons om in te stemmen met het gestelde onder I t/m IV.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1984 | | pagina 382