- 40 - 19 december 1984 Mijn fraktiegenootde heer Bolhuis, heeft voor wat het politiebureau betreft al gezegd dat zich daar verschuivingen in zouden kunnen voordoen. Onder dat voorbehoud hebben we er geen moeite mee. Onder punt III gebruikt het college de term 'in beginsel'. Dat wil naar mijn idee zeggen dat we nu in beginsel 'ja' zeggen, maar dat daarover de defini tieve beslissingen vallen bij het indienen van de kredietaanvragen. We zijn ervan overtuigd dat een meerjarenraming in wezen voor een goed beleid een onmisbaar instrument is, maar dan moet het wel een voortschrijdende en flexibele meerjarenraming zijn en die moet uiteraard goed gehanteerd worden. Ook in dat opzicht wil ik verwijzen naar het collegeprogramma, waar onder punt e. staat: "Teneinde de krediet- en budgetbewaking te realiseren, moet minimaal 2 keer per jaar een financieel overzicht worden verstrekt." Onder punt f. wordt dat vervolgd met: "De beleidsvoornemens van het college en de financiële consequenties hiervan zullen in een vroegtijdig stadium aan de betrokken raadscommissies worden aangeboden." Als we daarvan uitgaan, mijnheer de voorzitter, dan zal die meerjarenraming inderdaad een goed instrument kunnen zijn bij het bepalen van ons beleid. Heer VAN GELDER: Ik wil eerst ingaan op het politiebureau. Wij hebben de essentie van hetgeen mijnheer Bolhuis heeft gezegd ook in de commissie al aangedragen. In uw brief heeft u een behoorlijke opstelling gemaakt van de echte kosten van een politiebureau. Ik onderschrijf het probleem dat zich hardnekkig voordoet bij voorstellen betreffende brandweer en politie, dan moeten we altijd trekken om de echte cijfers op tafel te krijgen. Dat zou voor u eens een punt van overweging moeten zijn om ons wat dat betreft voor te zijn, dan komt de diskussie in een wat plezieriger situatie terecht. Ik heb nog wat kritiek op een aantal elementen in de brief, maar het lijkt me beter om daar in de commissievergadering als het voorstel in behandeling komt, op in te gaan. Over de totale kosten willen wij zeker nog met u praten en ook over de wijze van aanbesteding; dat heeft u bij de algemene beschou wingen toegezegd. In grote lijnen staan wij positief ten opzichte van het snel van de grond brengen van het politiebureau. We vinden dat je als gemeente, wanneer je dit soort grote opdrachten kunt geven, daarmee ook een welkome impuls geeft aan de werkgelegenheid. Door als overheid besluiten te nemen met betrekking tot investeringen of aanschaffingen, of uitbesteden van werk zaamheden, creëeren we werkgelegenheid buiten het ambtelijk apparaat, dat is prima. Met betrekking tot de meerjarenraming hebben we al een aantal op merkingen gemaakt, die zal ik niet allemaal herhalen. De belangrijkste aan vullende opmerkingen zijn de volgende: u vraagt ons een aantal besluiten te nemen, I, II en III. Punt I. zou ik zo willen interpreteren, dat we kennis nemen van de prognose bestaand beleid» zoals aangegeven in A.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1984 | | pagina 383