- 28 -
23 mei 1985
Er is een opmerking gemaakt over de bestrijding van racisme en een centraal
meldingspuntIn de laatste bijeenkomst van het samenwerkingsverband is dat
punt ook aan de orde geweest en er is een brief naar het college onderweg.
U kunt er vanuit gaan dat u binnenkort ook geïnformeerd zult worden hoe het
college reageert.
Mevr. GREEFHORST; Voorzitter, ik vind het een beetje flauw van de wethouder
om de lange weg alleen toe te schrijven aan taalbarrières en minderheden die
alles niet zo goed begrijpen. Als ik het goed heb, ligt het stuk al maanden
bij het college.
Natuurlijk willen wijprioriteitsstelling en dan hebben we bij de begroting
de mogelijkheid om dat te doen. In de commissie heb ik een aantal concrete
dingen genoemd, maar ik vind het niet zinvol om dingen die in de commissie
aan de orde zijn nog eens in de raad te herhalen. Ik denk wel dat het colle
ge met name de tolkentelefoon als prioriteit naar voren zou moeten halen.
Wethouder KINGMA: Als u het dan heeft over het beschikbaar stellen van
gemeente-gelden denk ik dat het niet op de weg van de gemeente ligt om de
tolkentelefoon van de huisarts te betalen.
Mevr. GREEFHORST: U kunt stimuleren dat in de commissie gezondheidszorg en
het huisartsenoverleg dit aan de orde komt.
Enkele maanden geleden hebben we een jaarplan aangenomen en daar stond een
groepering op van Surinamers die ook een bedrag ter beschikking kreeg. Dan
moet er toch iemand zijn. Ik hoop dat we met elkaar tot een goed beleid komen,
want dat is heel hard nodig.
Heer POTHUIZEN: Mevr. Greefhorst noemt het flauw, ik noem het teleurstellend.
Kennelijk wordt de waarde van de stukken die we hebben gekregen en in het
bijzonder het voorstel dat het college doet, gerelativeert door terug te
duiken op "het is een inventarisatie, een beginpunt en later gaan we bepalen
hoe het moet." Wij zitten hier om een beleid vast te stellen op voorstel van
u en ik heb dus niet ten onrechte gezegd dat we op dit punt een aantal
dingen missen. Het amendement is ook niet voor niets ingegeven, het college
erkent dat er nog harde knelpunten resteren en die vergen dan ook aktie binnen
het gemeentelijk beleid. Het is geenszins zeker dat die aktie alleen met
rijksmiddelen kan worden ondernomen, integendeel het is aannemelijk dat het
onze eigen middelen zal vergen. Het voorstel op blz. 3 en de besluitformule-
ring laten niet de werkelijke bereidheid zien dat wij zo nodig gemeentelijke
middelen ter beschikking willen stellen. Als we het met elkaar eens zijn, dan
moet u dat daar maar neerzetten, want het is een raadsbesluit en de raad wil
het zo zien. Niet het economisch haalbare moet uitgangspunt zijn, maar het
sociaal wenselijke en rechtvaardige. Natuurlijk bekijken we altijd van geval
tot geval of we daar middelen voor over willen hebben.