- 12 - 21 november 1985 Het doorschuiven naar andere posten is gebeurd, vergezeld van ambtelijk over leg en de suggestie naar de vrouwenorganisaties is gedaan in de wetenschap dat het doorschuiven financieel geen enkel probleem zou kunnen opleveren. Het struktureel maken van allerlei emancipatie-uitgaven zou inderdaad on verstandig zijn, wat niet wegneemt dat bijvoorbeeld het projekt 'Vrouwen voor vrouwen' op dit moment feitelijk struktureel gebruik maakt van de emancipa- tiepot die bedoeld is als stimuleringssubsidie. Ik kan mij heel goed voor stellen dat er voorgesteld wordt om een en ander struktureel te maken op een afzonderlijke post, maar ik kan mij ook voorstellen dat u dat wat overvalt. Een eerste gelegenheid om daar rustig over te praten is er hopelijk volgende maand, want het werkplan minderheden moet aan de orde komen. Bij dat werkplan 1986 is ook het evaluatieverslag aan de orde van het projekt 'Vrouwen voor vrouwen' over de afgelopen jaren, met de gevolgtrekkingen die men daaraan verbindt. Het is wel zo, dat het aantal subsidie-aanvragen een bedrag beloopt van zo'n 37.000,= Er is dus zo'n 10.000,= overvraagd ten opzichte van de op dit moment beschikbare 25.000,= Over de toekenning van die aanvragen is door het college op dit moment nog niet beslist, die besluitvorming vindt volgende week plaats, waarbij gepoogd zal worden aan uw opmerkingen tegemoet te komen. Mevr. BLOMMERS: Voorzitter, zou het dan ook mogelijk zijn, als u volgende maand in de commissie welzijn gaat praten over dat plan minderheden, om van tevoren de criteria ter inzage te leggen op grond waarvan de prioriteiten zijn gesteld voor de verdeling van die emancipatie-gelden? Ik neem aan dat u een aantal criteria hebt gebruikt en het zou prettig zijn, als er over gesproken moet worden hoe struktureel een eenmalige post mag zijn, dat u met name voor het projekt 'Vrouwen voor vrouwen' de criteria ter inzage zou willen leggen waarom dat bij punt 1 staat voor u. Heer VISSER: In het betoog van de wethouder komen ten aanzien van de biblio theek drie punten naar voren. Hij geeft toe dat de consequenties van het voorstel nog niet zo duidelijk zijn. Verder zijn de resultaten van een of ander werkgroepje nog niet bekend en tenslotte zullen er geen veranderingen doorgevoerd worden zonder dat wij erbij betrokken zijn. In het bibliotheek- bestuur zitten mevrouw Nolen, mijnheer Van Brummelen en mijnheer Kingma en ik begrijp niet dat deze drie, die zo goed weten hoe het hoort -namelijk dat je nooit iets moet doen voordat je de consequenties ervan weet, dat je altijd voorzichtig moet zijn met het versturen van brieven naar lezers in Soester- berg voordat de resultaten van een werkgroepje bekend zijn en dat je veran deringen niet moet doorvoeren om daarbij de raad te passeren- gewoon de bibliotheekvoorziening op willen heffen en een biblio-bus willen invoeren. In ieder geval wil ik mijnheer Kingma erop wijzen dat hij als lid van het

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1985 | | pagina 379