- 7 -
18 april 1985
bezwaar tegen de spreker van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie
-let op dat laatste woord- die vindt dat kleine partijen maar op één hoop
gegooid moeten worden en één persoon moeten afvaardigen naar een werkgroep,
een commissie die de bouw gaat begeleiden, omdat de groep anders te groot
wordt. Wat is dat voor een slag in de lucht? We hebben toch bij de instelling
van deze raad toch ook niet gezegd dat we commissies gaan vormen, maar dat
de kleine partijen het samen maar met één persoon moeten doen. U begrijpt
dat ik het hier helemaal niet mee eens ben, omdat juist die kleine partijen
blijk geven in commissievergaderingen precies die dingen te kunnen zeggen
waar de grote partijen helemaal niet op komen. We moeten gewoon een commissie
instellen waarbij alle partijen vertegenwoordigd zijn, zodat we later niet
kunnen zeggen dat een aantal mensen van niets wisten. Ik stel u voor om
van elke partij gewoon democratisch, ook al zijn ze klein, iemand af te
vaardigen
Heer POTHUIZEN: Mijnheer de voorzitter, lang gewacht, niet meer gedacht en
dan toch uiteindelijk nog wat vlugger gekregen. Dat zal waarschijnlijk de
tekst zijn die u in mei 1987 als laatste steen inmetselt in het gebouw, als
het er dan tenminste staat. Het was u allang bekend dat het er, wat D'66
betreft, dan zal mogen staan. Ik heb daar in het verleden steeds zo min
mogelijk woorden aan gewijd, om dat juist te benadrukken. Nu we dan toch
het hoogtepunt van de besluitvorming naderen, een paar opmerkingen van mijn
kant. Er is in de afgelopen periode door burgers aan veel raadsleden ge
vraagd of het nu echt moest, dit gebouw een paar jaar eerder neerzetten
tegen zoveel geld dat zo nuttig ergens anders besteed zou kunnen worden.
Ik vind dat een begrijpelijke vraag, omdat het niet om een risicoloze
belegging gaat. Het gaat zelfs uitdrukkelijk om een risicodragende belegging.
Maar, zoals mijnheer Van Gelder ook al zei, besturen kan alleen maar met
aanvaarding van verantwoord te achten risico's. Naar de opvatting van D'66
gaat het in dit geval om aanvaardbare risico's. Daarbij hebben we niet in
het minst laten meewegen, dat wij als raad een duidelijke verantwoordelijk
heid dragen, ook voor gemeente-ambtenaren zoals politiemannen in dit dorp.
Het, ondanks de mogelijkheden, niet voorzien in behoorlijke werkomstandig
heden van gemeentepersoneel is de raad aan te rekenen en waar het gaat om
een personeels-categorie die feitelijk geen middelen bezit om gerechtvaar
digde belangen kracht bij te zetten, zou het zelfs bij de betrokkenen kunnen
overkomen als een straf op loyale werkuitoefening, omdat er niet hard genoeg
wordt gepiept. In die zin heb ik er ook moeite mee, dat er opmerkingen ge
maakt worden in de richting van de heer AdemaWij weten dat het creëren
van adequate werkomstandigheden geld kost. Het voor de eigen verantwoorde-