19 juni 1986
- 14 -
aan te stellen of niet. Een aantal frakties hebben aangegeven dat ze dat
op de een of andere manier op dit moment duidelijk al -al of niet geheel
of gedeeltelijk voor 1987- nodig vinden, anderen hebben aangegeven akkoord
te willen gaan met het voorstel zoals het college dat op dit moment doet,
waarin die cursuscoördinator niet zit. Laat ik duidelijk zeggen dat ik
denk dat het een betrekkelijk subjectieve beoordeling is, een aanname,
een beoordeling of die cursuscoördinator in deze mate noodzakelijk zou
zijn of niet. Het bestuur van C-drie zegt 'ja' en op zich heeft men daar
duidelijke redenen voor. Aan de andere kant zegt het college -en ook het
grootste deel van de raad- dat het oordeel in dat opzicht negatief moet
uitvallen, met een aantal argumenten die op zich steek houden, want het
blijft een inschatting van hoe een en ander zich zal ontwikkelen. Vandaar
dat terecht in het voorstel is vermeld dat wij doorgaan met het volgen
van de ontwikkelingen bij C-drie en dat we dat zullen doen op een aantal
momenten in 1986 en in 1987. Als er dan gesproken wordt over evaluatie,
dan moeten we die evaluatie serieus nemen. Wij hopen allemaal dat een en
ander zich goed ontwikkelt, zoals het zich met name ook inhoudelijk ontwik
kelt en dat niet tot financiële bijstellingen overgegaan hoeft te worden.
Het zou plezierig zijn als blijkt dat de zaak zich zo ontwikkelt dat de
oorspronkelijke aanname te pessimistisch blijkt, maar -zo is het nu eenmaal
bij evaluaties en beoordeling van ontwikkelingen die je niet van tevoren
kunt overzien- de mogelijkheid bestaat ook dat je tot de conclusie moet
komen, simpelweg op grond van het functioneren van het centrum, dat je
niet uitkomt zoals gedacht was. Een moment waarop we zo'n conclusie trekken
is vanavond. De sprekers die gezegd hebben dat een verandering in de situatie
in positieve of in negatieve zin in de toekomst nooit uitgesloten is, hebben
wel gelijk. Een serieuze raad - en ik neem aan dat u dat bent- zal bereid
zijn om serieus te praten in het kader van een evaluatie over de consequentie!
die getrokken moeten worden uit conclusies die er liggen te zijner tijd.
In dat licht bezien zal het college blijven bij zijn standpunt om het vooralsj
nog te doen zonder de half-time cursuscoördinator. De amendementen die
daarover gaan wijzen wij dan ook af, gezien ook de geluiden die daarover
uit de raad zijn gekomen tot dit moment. Aan de andere kant zijn er ook
opmerkingen gemaakt die mij nopen tot wat reacties, met name naar de heer
Oudemans toe. Waar het om de gemeenteraad gaat heeft hij, op zich begrijpeli;;-.
een accent gelegd op een bezuinigingsoperatie zoals die geweest is en die
nog niet helemaal afgerond is. De uiteindelijke uitkomsten kunnen achteraf
wel eens anders zijn dan oorspronkelijk is aangenomen. Dat is op zich een
constatering die ook in dit geval zeker juist zal zijn. Echter, bij het
college heeft bij de beoordeling van de situatie bij C-drie voorop gestaan
de vraag hoe het met het centrum gaat, hoe een en ander zich ontwikkelt
en of het met name inhoudelijk op de goede weg is, welke tendensen er waar
te nemen zijn en of we op die wijze -als we constateren dat het positief
is- dan in vertrouwen mee kunnen gaan met de voorstellen zoals door het
bestuur van C-drie zijn gedaan, zij het vertaald op de manier die u in
het raadsvoorstel aantreft. Met name om die inhoudelijke beoordeling gaat
het. Het gaat niet om het bestuur van C-drie, niet om het gebouw en niet
om allerlei andere elementen. Het gaat om de beoordeling van de activiteite: 1
en de voorzieningen die geboden worden. Zijn die juist, zinvol en wenselijk®
De conclusie kan dan niet anders zijn dan het geld dat daar in redelijkheid®
voor nodig is, beschikbaar te stellen. Een opmerking dat er onvoldoende
afweging zou plaats vinden ten opzichte van andere zaken kan ik met twee
dingen weerleggen. In de eerste plaats dat de nood dusdanig hoog was bij
C-drie -dat was u al gemeld bij de voorjaarsnota- dat dit voorstel gedaan
moest worden, hoewel wij beseffen dat het plezieriger zou zijn als we dit
bij de normale begrotingsbehandeling zouden kunnen meenemen. Maar de situa' I
is dusdanig dat dat niet kan. Ook in andere gevallen is er dan de vrijhei<JJ
om op een actuele situatie in te springen en een probleem dat er nadrukkel®
