- 14 -
23 januari 1986
school beslist geen wet op de gemeenschappelijke regeling wilde of een artike!
61, na toch eerst positief gereageerd te hebben. Nadat ze echter begrepen
hadden wat dit inhield, zeiden ze: nee, want dan heeft de politiek invloed
op ons beleid. Ze bekeken onze begroting, het aanstellen van personeel,
openbaarheid in de krant vreesden ze ook. Ze willen wel openbaarheid, maar
in de statuten. 'Pottenkijkers' hadden ze niet nodig. Wat is er in het
verleden mis gegaan dat de Van der Hucht m.a.v.o. maar ook het personeel en
de medezeggenschapsraad van de opnbare m.a.v.o. nu volledig achter deze
fusie staan? Hebben wij, het college, de raad, de ambtenaren, het zo slecht
gedaan dat ze ons liever kwijt zijn dan rijk? Was er in het verleden normaal
controle op de doelstelling voor het openbaar onderwijs en op de besteding
van de gemeenschapsgelden, of vonden ze dat ze teveel betutteld werden?
Het CDA geeft in het programma van 1986 aan dat ten aanzien van het open
baar onderwijs bij een fusie de voorkeur moet worden gegeven aan een artikel
61. Waarom is de publiekrechtelijke vorm nu toch door onze vingers geglipt?
Een school die meer leerlingen heeft en zeven openbare basisscholen achter
zich heeft staan, moet veel inleveren, namelijk haar openbaarheid. Wat was
er gebeurd als de rollen omgedraaid waren? Dan zou de Van der Hucht m.a.v.o.
misschien een fusie aangegaan zijn met het l.b.o., ook een stichting. De
openbare m.a.v.o. was dan uit de boot gevallen en zou niet veel overlevings
kansen gehad hebben.
Er is nu bedongen dat er drie bestuursleden door de raad worden benoemd,
mensen uit het openbaar onderwijs, waarvan wij mogen aannemen dat zij de
doelstellingen van het openbaar onderwijs zullen bewaren.
In de statuten moeten duidelijke afspraken gemaakt worden over het l.b.o.
Wij pleiten ervoor dat het l.b.o. in Soest behouden blijft. Met name in de
commissie onderwijs hebben wij steeds aangedrongen op een grote fusie.
Wie garandeert ons dat te zijner tijd het l.b.o. bij een eventueel toekom
stige fusie het openbaar karakter kan handhaven? Nu bestaat het bestuur
uit drie leden vanuit het openbaar onderwijs en drie leden vanuit de Van de
Hucht m.a.v.o. Komen er dan later nog drie leden bij vanuit het l.b.o. best
ook een stichting, dan ontstaat een scheve verhouding, namelijk zes vanuit
een stichting en drie vanuit het openbaar onderwijs.
Wanneer punt 10 van de raadsagenda aan de orde komt, hebben we niets meer
over deze bovengenoemde twee punten te zeggen. Daarom wil ik een wijziging."
voorstel in de statuten doen. In artikel 13, nr. 3 wil ik artikel 15 opge
nomen zien. Er staat: Een wijziging in dit artikel behoeft de voorafgaande
goedkeuring van de raad der gemeente Soest.
Als dat niet opgenomen wordt, hebben we er niets meer over te zeggen of
het l.b.o. ooit bij de fusie komt en of het openbaar karakter behouden bli