23 oktober 1986
- 9 -
zouden willen brengen. Ik denk dat de goede lezer van het voorstel wel
heeft begrepen dat in die vijf minuten spreektijd die volgen ongetwijfeld
niet geprobeerd zal worden om te persen wat in vijftien minuten op papier
Was bedoeld, maar dat het ietwat anders werkt. Ik denk dat ik bij het voorstel
zou willen blijven als ook degenen die het amendement erop hebben ingediend
bereid zijn om het zo te houden en ik zou de proef maar willen nemen. Ik
kan het inderdaad Progressief Soest niet verbieden als dat meent daar een
eigen gedragswijze bij te moeten kiezen.
VOORZITTERIk neem aan dat u dus ook akkoord gaat met mijn reactie daarop
als het gaat om de opmerking om te trachten de zaak op zaterdag in de krant
te krijgen en niet op vrijdag en dat wij bovendien in overleg treden met
de Soester Courant om te kijken of er inderdaad een opening is.
Heer POTHUIZEN: Ik denk dat het goed is voorzitter, dat wij in een commissie
vergadering a.b.z. zo mogelijk wat mij betreft in aanwezigheid van pers
vertegenwoordigers, die discussie voeren en ook mét die persvertegenwoordigers.
Ik denk dat het Reglement van orde wel een ruimte moet laten om die discussie
te voeren, zodat we daar in goed overleg kunnen zien hoe deze werkwijze
gestalte kan worden gegeven. Door de heer Van Gelder is al gezegd "bij
wijze van proef", ik denk dat dat bij dit soort veranderingen inderdaad
toch het beste is.
Heer VERHEUS: Ik sluit mij daar graag bij aan, voorzitter.
Heer KRIJGER: Voorzitter, de strekking van het voorstel van de heer Pothuizen
heb ik zo begrepen, dat het zijn eerlijke bedoeling is om de belangstelling
van de burger-waar wij verantwoordelijkheid voor dragen in ons doen en
laten-wat te verbeteren, wat te vergroten. Vanuit die strekking hebben
wij ook gereageerd en ik denk ook dat het juist is wat de heer Pothuizen
naar voren heeft gebracht. Wij zullen dan ook met nadere afspraken rekening
houden met de strekking daarvan en dus niet de heer Visser hinderen.
Dat wil zeggen dat het reageren op wat wij naar buiten brengen voor de
begrotingsbehandeling door ons daar gedaan wordt waar wij de mensen heen
willen hebben: in deze raadszaal. Dus niet tussendoor al gaan becommenta
riëren, het gaat juist om de eerlijke bedoeling en de strekking om hier
naartoe mensen te krijgen en die gaat dan weer verloren. Dat is vissen
achter het net.
den
en,
ken,
:al
;aan
"mi
jden
VOORZITTER: Mijnheer Visser, u begrijpt in reactie op uw woorden dat ik
het dus volstrekt oneens ben met uw opstelling. Ik vind het namelijk getuigen
van goede collegialiteit als de hele raad unaniem een code afspreekt om
met elkaar om te gaan op een normale wijze. Wij spreken altijd over die
dingen, het Reglement van orde zegt zelfs dat het college verplicht is
over deze zaken met leden van a.b.z. daar in overleg uit te komen. Zo staat
het er. Met andere woorden: het overleg dat we dus nu hier in de raad voeren
vanwege deze bijzondere situatie, heeft in overgrote meerderheid tot overeen
stemming geleid. Ik doe een dringend beroep op u om u toch nog eens te
beraden over uw standpunt en te bezien of u zich toch niet achter deze
overgrote meerderheid van de raad wilt stellen. Ik geloof dat dat voor
de goede gang van zaken bevorderlijk is.
Verder zal ik het zo doen, dat ik in contact zal treden met vertegenwoor
digers van de pers om deze zaak nog eens met hen door te spreken. Het resul
taat zal ik melden in de eerstkomende a.b.z. op 3 december. Dan vraag ik
tevens of de vertegenwoordigers van de pers -die dan sowieso aanwezig zijn-
dan even bij het gesprek kunnen worden betrokken. We hopen dan met een
duidelijke afspraak ten opzichte van hen te kunnen komen. Ik geloof dat
het op die manier heel goed mogelijk is. Tot nu toe hebben we altijd een