19 november 1986
- 34
in de commissie onderwijs, bekeken wordt wat wij verder in de subsidiële
sfeer daaraan zullen doen. Daar is dus nog geen standpunt over ingenomen.
Voor wat betreft het geïnspireerd zijn en de inspiratie met betrekking
tot het onderwijs in het algemeen heeft mevrouw Tomassen opgemerkt dat
dat haar tegenvalt, het had in het college verdedigd moeten worden. U hebt
inderdaad gezien dat er enkele zaken geschrapt zijn van de investeringen.
Ik ga hier niet spreken over de verdediging in het college. Als u zegt
dat het door mij niet verdedigd zou zijn in het college, dan vraag ik mij
af waar u die gegevens vandaan heeft.
Aan de verschillende hoofden die te maken hebben met buitenlandse kinderen,
de culturele minderheden op de scholen, kunt u het vragen. Wij doen er toch
alles aan. U moet natuurlijk niet vergeten, maar dat geldt dan in zijn
totaliteit, inclusief de alfabetisering, educatieve activiteiten etc. dat wij
voor het gehele onderwijs 1,8 miljoen extra als gemeente bijbetalen. Dat
is toch een feit. Van uw kant heeft u het ook ondersteund met het promoveren
van een geschrapte investering door het college naar een hoger niveau,
dus naar het laten doorgaan. Dat heb ik ook altijd graag gewild, maar waar
de mogelijkheden beperkt zijn moeten er toch zaken afvallen. Dat wil dus
niet zeggen dat daar niet over gesproken is in het college, ik wil dat
toch heel duidelijk zeggen.
De leerplicht is een onderdeel van de zorg, dat is een apart gebied. De
ambtenaren geven daar ook volledig ondersteuning en wij hebben ook al een
voorstel in het college gehad op grond waarvan de ordelijke behandeling
op een betere wijze dan in het verleden zou kunnen en ook sneller zou worden
gesignaleerd als er leemtes zijn.
De interculturele manifestatie, daar hebt u terecht van gezegd dat dat
natuurlijk niet het interculturele onderwijs is. Vandaar dat wij ook de
laatste keer hebben afgesproken dat het interculturele onderwijs deel gaat
uitmaken en in sommige scholen al deel uitmaakt van het schoolwerkplan.
Dat dient dus ingeplugd te worden in het schoolwerkplan zonder dat daar
een apart uur voor is. Het dient in het gehele schoolwerkplan van een school
te worden ingevoegd. Dat is al vastgelegd en bij de behandeling van de
nota culturele minderheden zullen we daar ook speciaal in de commissie
onderwijs opnieuw, als men dat wil, aandacht aan besteden. Ik had in de
commissie onderwijs beloofd dat te zullen doen, ik heb het met mijn linker
buurman overlegd en het is in de commissie welzijn al aan de orde geweest,
waar het verder ook geen weerstand heeft ontmoet.
Heer BAKS: Ik ben niet helemaal tevreden met het antwoord van de wethouder
over mijn vraag om het op te nemen als PM-post. De wethouder zegt dat het
de 26e in de commissie onderwijs komt en dat afhankelijk daarvan gekeken
wordt in het college wat we aan subsidie voor het levensbeschouwelijk onder
wijs zullen doen. Het college heeft nog geen standpunt ingenomen. Dat vind
ik een beetje vreemd, mijnheer de voorzitter, want volgens mij heeft het
college wel een standpunt ingenomen, namelijk om die post te schrappen.
Het is definitief geschrapt, dus er is een standpuntbepaling geweest. Ik
zou het college met klem willen vragen er toch een PM-post van te maken,
zodat we afhankelijk van de uitslag van dat onderzoek gewoon het bedrag
daarop in kunnen vullen.
Heer KRIJGER: Voorzitter, ik zou in reactie op de woorden van de heer Baks
het college met klem willen verzoeken zich te willen houden aan het beleids
plan, afgesproken door de gehele raad, waarin is aangegeven wanneer wel
en op welk moment we over bepaalde zaken gaan praten. Er is niets geschrapt,
er is niets opgevoerd. In december, exact volgens de planning van het beleids
plan komt er een voorstel vanuit het college of de raad iets wil gaan doen
aan het levensbeschouwelijk onderwijs. Ik wil graag dat u zich daar toch
aan houdt en dat u niet ingaat op wat er nu voorgesteld is.