17 november 1986 - 48 - weer zeg dat dat gewoon voorzichtig geraamd is, en dat dan weer doorvoer naar de begroting 1986 en de rekening 1986, dan stel ik vast dat ook daar die mededeling van de twee tot vijf ton ongetwijfeld met de nodige voorzich tigheid zal zijn gedaan. Dat wij als reactie op onze gedachten met betrekking tot een stukje aanwending vanuit de reserves door die wijziging rente bijschrijving ook in 1986 toe te passen eigenlijk niet rechtstreeks in terugkomen, daar vindt dan een verwijzing voor plaats van de gedachte naar de voorjaarsnota 1987, dan denk ik van: nou, de situatie is nu toch wel zo duidelijk dat daarover beslist kan worden, nog afgezien van het principiële punt wat in de besluitvorming die wij wensen aan de orde is.Ik dien dan ook een motie in die gaat over de besteding van de aanwas reserves 1986. Die motie zal worden rondgedeeld, iedereen krijgt hem, dus ik weet niet of de voorzitter nog zin heeft om het voor te lezen, zeker als hij gezien heeft hoe lang de motie is. Ja, de publieke tribune, die mag ik niet vergeten. VOORZITTEREn het reglement van orde! Heer POTHUIZEN: Ook dat is een hele goede, voorzitter. Zo hebben we minstens twee goede argumenten om het toch voor te lezen. Het voorstel om 30.000,= opzij te zetten voor de reorganisatie, ik wacht nog maar even af wat de concrete voorstellen zijn voordat ik mij daarover uitlaat. Ik heb begrepen dat wij over de A28 woensdag nog even verder praten. Met betrekking tot de bodemsanering is opgemerkt dat Klein Engendaal voor 1990 aan de beurt zou moeten zijn. Die opmerking ondersteunen wij van harte. Ook is gevraagd of er echt in december al beslist moet worden over de honkbal- softbal-, hockey-accommodatie. Ik kan u meedelen dat wij er geen enkel bezwaar tegen hebben om die beslissing in december zo mogelijk in de raad te hebben. Ten aanzien van de kleine welstandscommissie ga ik ervan uit dat dat een uitwerking is van de gedachte die wij uit het verleden kennen waarbij we dus kleine plannetjes wat eenvoudiger laten beoordelen, waardoor in totaliteit een versnelde procedure wordt bewerkstelligd. Daar staan wij uiteraard welwillend tegenover, al is het maar omdat dat in ieder geval een vorm van reactie is op de door ons geuite wensen met betrekking tot de verbetering van de service van het gemeentelijk apparaat. Er zijn niet alleen vanuit D'66 opmerkingen over gemaakt, ook vanuit andere frakties. Toch heb ik er geen expliciete beantwoording op gehoord van de kant van het college. In relatie tot de voorstellen incidenteel 1986 dien ik dan ook mede namens de PvdA en Progressief Soest twee moties in ter zake, die beogen om de verbetering van de service ook daadwerkelijk gestalte te geven. Om ook de andere frakties de gelegenheid te geven daarover te denken voordat het woensdag is, is het zaak die nu uit te reiken. Ik kom dan bij de kabelkrant. De heer Van Logtenstein heeft gezegd: we hebben het druk gehad met andere dingen, er waren wat urgentere zaken. Toch stellen wij het bijzonder op prijs als u daar nu de nodige haast achter zou kunnen zetten. Ik denk dat eens te meer is gebleken hoe aardig het is als wij als gemeente ook nog een stukje eigen voorlichting kunnen ver zorgen, gezien de recente ervaringen van het afgelopen weekend. Ten aanzien van de arbeidsplaatsen doet het ons genoegen dat de wethouder vertelt dat we inmiddels in ieder geval één leer/arbeidsplaats in deze gemeente, bij het gasbedrijf, gaan krijgen. Dat is een begin en elk begin is goed. Maar ik moet zeggen, ik vind het toch een beetje een aarzelend antwoord, wat ik in ieder geval niet gehoord heb is het antwoord op de vraag of de gemeente in het eigen apparaat ook langer-werklozen zou kunnen opnemen, nu we het wetsvoorstel Vermeent/De Moor aangenomen hebben zien worden. De accommodatie Smitsveen, ook wij zien die graag naar 1988 teruggeplaatst. Ten aanzien van het kwijtscheldingsbeleid heeft mevrouw Blommers enige ideeën geuit, daar willen wij graag achter staan. Met betrekking tot de commissie welzijnsplanning stellen wij vast dat het

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1986 | | pagina 319