17 november 1986 - 56 - anders zal moeten wijken. De heer Pothuizen was even in verwarring gebracht door de BTW-stijging met 1% waarmee in de uitgavenposten geen rekening is gehouden. Het is niet afhankelijk natuurlijk van de pensioenpremie, het is naast de factor van de BTW 1%-stijging waarvan wij in onze brief aan de budgetbeheerders melding maken. Daarnaast hebben wij ook nog een ander, tegenstrijdig effect van de pensioenpremie. En ook dat zullen wij duidelijk moeten aangeven, opdat er bij de rekening, dus bij het uitgeven, rekening wordt gehouden met beide factoren zoals hier aangegeven. De heer Meilof, dat was al bekend, het is inderdaad zoals de heer Van Gelder ook eigenlijk al zegt, het is duidelijk, 100% is de horizon, het is eenvoudig, maar het beantwoordt eigenlijk niet aan de gedachte die eerder in de raad is uitgesproken en ook verwoord is in de verschillende uitgangspunten in de tarievennota. Vandaar dat het college daar dus niet in kan meegaan. Wethouder PLOMP: CDA: begrip bij Rijkswaterstaat uiteraard doelt na de opening. Proeftuin was bekend. Voorstellen fietspaden, inmiddels is duidelijk geworden waar die vandaan kwamen, namelijk van D'66. De VVD: bouwkundige aspecten aanpassing C-drie, uiteraard niet voor rekening van de sport. PvdA: hoodstuksgewijze terugkomen op A28, wij wachten gaarne voorstellen in die wij mee kunnen nemen. Heer VAN LOGTENSTEIN: Voorzitter, twee antwoorden ben ik schuldig, één aan het CDA wat betreft de zogenaamde overwinst. Het college komt niet met voorstellen. Wij zullen u de getallen geven begin 1987 en het is aan de raad en aan de frakties om eventueel met voorstellen te komen. Heer BOERKOEL In de commissie vertelde u wat anders, mijnheer Van Logtenstein. Heer VAN LOGTENSTEIN: Het tweede punt is van de VVD, die suggereerde dat er eventueel met de pers geen goede contacten zouden zijn. Integendeel. Ik moet u zeggen dat mijn ervaringen in deze zes maanden bijzonder goed geweest zijn. Ik denk alleen dat er in dit scenario dat nxet gezamenlijk is geschreven maar hoofdzakelijk door het gemeentebestuur, de rol die de pers zichzelf heeft toebedacht anders moet worden gezien. Dat respecteer ik. Ze hebben een absoluut eigen verantwoordelijkheid. Ik denk dat we dat als een signaal moeten zien. We moeten daar nog eens over praten, misschien dat het volgend jaar anders kan. VOORZITTERIk constateer dat de raad in feite zich unaniem achter de strekking van de beantwoording van uw opmerkingen over de politie heeft gesteld als het gaat om het voorstel van de werkgroep, dat de taakomschrijving daarmee ook duidelijker vastligt. Een punt van discussie is nog even hoeveel raads leden daaraan zullen deelnemen, want het is natuurlijk niet de bedoeling iemand uit te sluiten. De achtergrond van het voorstel is geweest om een kleine werkzame werkgroep te hebben en daarmee vlot te kunnen opereren. Als de raad of bepaalde mensen zeggen: ik wil er toch eigenlijk graag in, dan vind ik dat we daar even over moeten overleggen in a.b.z. Het is een werkgroep van de politie en de raadsleden samen en dan moeten we dat rustig even bekijken, dat moet uiteraard besproken kunnen worden. We komen op dat punt in de komende a.b.z. terug. Dan de zaak van de externe adviseur, de mogelijkheid openhouden door gelden te reserveren. Ik wijs erop dat het voorstel van het college is om de gelden die door de meevaller ter beschikking komen te stallen op onvoorzien en niet uit te geven alvorens de werkgroep daar met voorstellen over komt en wij daar allemaal volgens de daarvoor afgesproken procedure over hebben gesproken. Maar dat betekent dat er dus gelden zijn. Mocht het zo zijn dat de werkgroep zegt: we hebben toch behoefte aan externe hulp, dan stel

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1986 | | pagina 327