16 november 1 987 - 4 - constateert voor Soest een vrij groot kooplek in de duurzame consumptie goederensector en in mindere mate in de levensmiddelensector. Een groot deel van de Soester bevolking schijnt in Soest een warenhuis als een gemis te beschouwen. De CDA-fraktie constateert niettemin dat u uitbreiding in de levensmiddelensector benadrukt. Wat is daarvan de reden? Wij hebben toch gekozen voor een evenwichtig winkelbeleid, verdeeld over de Van Weede- straat en Soest-zuid? In onze visie wil dat zeggen dat uitbreiding van de ene pool automatisch compensatie moet hebben voor de andere pool. En als uit het DPO blijkt dat de consument een warenhuis op prijs zou stellen, dan ligt het ons inziens op de weg van het gemeentebestuur, binnen de moge lijkheden die een gemeentebestuur daarin heeft, om aan die wens tegemoet te komen. Aan het eind van deze algemene beschouwing wil ik namens de CDA-fraktie een woord van oprechte waardering uitspreken tot alle medewerkers en mede werksters binnen ons gemeentelijk apparaat voor hun inzet en ondersteuning van de leden van deze raad. Mijnheer de voorzitter, namens de CDA-fraktie bid ik u als college en de leden van deze raad toe dat wij onder Gods leiding Zijn zegen mogen ontvangen over ons werk. Heer KRIJGER: Mijnheer de voorzitter, Soest zit weer in een ruim jasje, maar één knoopje te hoog gesloten en je krijgt het toch weer benauwd. We willen eigenlijk meer, maar kunnen niet alles. Dat is altijd zo. Dat dwingt ons, daar gaan onze beschouwingen ook over, tot een afweging van de ene gewenste, noodzakelijke investering, activiteit tegen de andere gewenste, noodzakelijke investering, activiteit. Dat wil dan ook zeggen dat wij het volstrekt ongewenst vinden om willekeurig, dus zonder afweging, een bedrag van 500.000,= in de begroting te houden onder het labeltje 'nieuw beleid'. Wat stelt dat voor? Hoe is dat te verdedigen? In vroeger jaren, mijnheer de voorzitter, was het behandelen van de gemeente begroting een uitermate belangrijke zaak. Daarmee zeg ik niet dat het nu niet belangrijk zou zijn, maar de waarde en strekking ervan wordt anders. We hebben dus nu, mede op grond van het sneller voorhanden zijn van finan ciële informatie, tenminste twee maal per jaar overleg over het beleid. Dat biedt ook de mogelijkheid om meer keren per jaar belangrijke beslissingen te nemen. Sterker nog, de belangrijkste beslissingen zijn dit jaar tussendoor genomen. Ik denk daarbij aan het politiebureau, maar ook dat we al hebben aangegeven wat een gemeentehuis ons zou mogen kosten. Ook dat is een beslissing, tussendoor genomen, op basis van informatie die toen voorhanden was. Daarom is het ook onjuist, vinden wij, om zomaar zonder een direct aanwijsbaar doel een half miljoen te reserveren. Veel van de gemeente-uitgaven liggen vast. Eerdere beslissingen over investeringen en activiteiten leggen voor een langere termijn de financiële middelen vast. Dat geeft ook voor wat betreft de activiteiten een rechtszekerheid. Een deel van de gemeente-uitgaven kun je dan ook maar eenmaal per jaar beïnvloeden, bij het vaststellen van de meerjarenbegroting en daar richt zich dan ook onze aandacht op. Maar ook kun je proberen meer middelen tot je beschikking te krijgen door je eigen inkomsten te verhogen. De VVD is bijzonder beducht voor niet-gemotiveerde verhogingen. Ter herinnering: er is niet méér afgesproken bij de college besprekingen dan dat met stapjes van 2% de tarieven meer kostendekkend gemaakt zouden worden als de noodzaak daartoe aanwezig was. Dat is niet hetzelfde als "alle tarieven mogen jaarlijks met 2% omhoog". Als het kosten dekkend maken vrijwel is bereikt, zeg 98%, zal goed moeten worden aangegeven waarom gekozen zou moeten worden voor een tariefsverhoging in plaats van een kostenverlaging. Daarom vooralsnog vanuit mijn fraktie geen steun voor een verhoging van de rioolbelasting en marktgelden. Kunnen de kosten niet omlaag? Hoe stelt het college zich voor de kosten die voortvloeien uit het rioolplan te dekken?

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1987 | | pagina 237