18 november 1987
- 28 -
vuilniswagens zegt u: daar moeten we nog over denken en we moeten toch nog een
voorstel doen, dus dat hoeven we niet in de budgettaire ruimte te reserveren.
Kunt u mij nu eens uitleggen welke overwegingen u nu bij twee voorstellen
waarvan u bij beide zegt: we kunnen nog niet concreet aangeven of we het
zo moeten doen, waarom nu voor de ene wel zegt: dat reserveren we vast
in de totale financiële ruimte en bij de andere niet.
Wethouder VAN LOGTENSTEIN: Het is een wat financieel gerichte vraag, maar
ik wil er wel antwoord op geven. De Verlengde Talmalaan stond in de inves
teringsplanning en die is door de raad gehonoreerd als een te plegen investering.
Dat is het antwoord, denk ik: het staat erin omdat we daarvoor gekozen
hebben. Het andere is een ad hoe voorstel, gedaan in uw motie, dat door
de raad nog niet is geaccepteerd dat dat de weg zou zijn van onze toekomstige
vuilafvoer. Aangezien die discussie niet is geweest, aangezien niet is
aangetoond dat de raad die kant op wil, omdat men nog geen voorstel in die
richting heeft gehad en aangezien ik niet zou kunnen inschatten of dat
een bedrag is dat voldoende honoreert wat je zou willen doen -het kan namelijk
meer zijn, het kan minder zijn, ik heb geen idee- daarom kun je rustig
stellen dat wij dat op een later moment moeten gaan beoordelen binnen het
kader van de raadsbesluiten die dan zullen moeten genomen worden.
Mevrouw STEKELENBURG: Mag ik nog een toelichting vragen, voorzitter?
VOORZITTERDe PvdA-fraktie heeft al heel veel tijd nodig gehad, daar is
al een opmerking over gemaakt. Heel kort dan.
Mevrouw STEKELENBURG: De wethouder reageerde naar aanleiding van D'66-vragen
over de sociale veiligheid met dé werkgroep. Wil hij misschien even uitleggen
wie hij daarmee bedoelt?
VOORZITTER: Het antwoord wordt gegeven door wethouder Kingma, omdat het
zijn portefeuille is.
Wethouder KINGMA: Ik begin een wat onveilig gevoel te krijgen, voorzitter.
Ik hoop dat ik een eenvoudig antwoord kan geven. Voor mij lijkt op dit
moment duidelijk dat er in ieder geval één groep is die zich specifiek
en alleen met sociale veiligheid zal bezig houden. Ik denk dat we met name
op die groep doelden. Wij hebben indicaties gekregen dat er naast de emanci
patie werkgroep die nadrukkelijk vanuit de gemeente wordt gestimuleerd, door
een groep van belangstellende burgers er nog een tweede groep geformeerd
wordt die zich louter met sociale veiligheid bezig houdt en ook de gemeente
van advies zou dienen. Voldoende duidelijkheid voor ons is daar op dit
moment nog niet over.
Mevrouw GREEFHORST: Mijnheer de voorzitter, ik denk dat het helemaal bij
het college nog wat onduidelijk is, want het verslag van de gemeente kregen
we en daar stond dat het de 'vrouwenraad' was. Het was echter een initiatief
van de vrouwen uit deze raad. Dat is wel heel wat anders dan de vrouwenraad.
Ik denk dat u die werkgroep dan op het oog hebt, waar inmiddels niet meer
uitsluitend vrouwen inzitten, maar breder is geworden.
VOORZITTERIk zou het volgende willen vaststellen. Het college heeft er
in eerste instantie over gepraat, heeft vastgesteld dat de heer Kingma
de portefeuillehouder voor deze zaak is en zich zal bezighouden met de
ambtelijke en verdere begeleidende groepen die daarvoor moeten worden opgezet.
Daar zou ik het voor dit moment bij willen laten.
Er zijn nog twee punten die mijn portefeuille betreffen. Dat is ontwikkelings
samenwerking. De motie die het CDA heeft ingediend, daar staan we van harte