16 april 1987
- 20 -
één deel van de Wieksloterweg, we hebben nu het tweede deel van de Wieksloter-
weg en we hebben een krediet voor de verkeersremming, bij elkaar is dat
een totaalpakket. Het is heel duidelijk dat je praktisch gezien natuurlijk
altijd dingen kunt uitstellen, maar aan de andere kant is het bij de Wieksloot
nu net zo dat je moet constateren dat het al te lang is uitgesteld en dat
je heel duidelijk nu zou moeten overgaan tot herstel, tot een andere vorm
omdat die weg enorm druk wordt bereden, dat is niet te ontkennen. Dus we
moeten er iets aan doen, maar als we het nu niet doen, snel, in de komende
tijden, dan denk ik dat het alleen maar meer geld gaat kosten. Dat is geen
dreigement, u kunt dat verifiëren bij alle instanties, omdat namelijk die
weg initieel is gedacht voor langzaam verkeer en voor het lokale verkeer
en nu dreigt het door het drukke berijden aan de zijkanten weg te zakken
en je krijgt dan een situatie dat de hele dijkconstructie van de weg opnieuw
zal moeten worden aangepakt. Dat is intens kostbaar, dat kan ik u garanderen.
Het voorstel van het college is dan ook geweest om toch bij u terug te
komen met de vraag om dat krediet. Het wordt niet besteed, daarvan krijgt
u de garantie. We gaan wel in de komende commissie met u doorspreken welke
oplossingen wel haalbaar zijn binnen het krediet dat gevoteerd is.
Heer POTHUIZEN; Ik denk dat ten principale de opvatting van de wethouder
en van mijn fraktie in ieder geval, maar als ik het zo proef waarschijnlijk
ook van de andere frakties niet eens zo gek ver uiteenlopen. Als het nu
wat laat is, heeft dat overigens niet aan de raad gelegen, laten we daar
even duidelijk over zijn. Het gaat er natuurlijk wel om dat je wilt weten
waar je je geld aan besteedt. Dat is wat we vooraf willen weten. Daar komt
nog bij -dat is vanuit een andere fraktie, ik meen in de commissie bedrijven,
maar anders in de commissie r.o., duidelijk gemaakt- de mensen hebben de
stukken gezien en de plannen en daar reageren ze op of ze reageren er niet
op. Als je dan andere plannen gaat maken, dan moet je de mensen wel alle
kansen geven en dat gaat het beste door gewoon de procedureel juiste weg
te volgen. Dat betekent dat ik blijf bij mijn voorstel u uit te nodigen
om het terug te nemen.
Heer WIJMENGA: Het grootste deel van mijn fraktie denkt er zo over: het
asfalteren moet zo snel mogelijk gebeuren en daar moet natuurlijk gelijk
tijdig aan gekoppeld worden de verkeersremmende maatregelen. Vanuit B&W
is ons toegezegd dat iedereen die daar woont en de bedrijven die daar hun
bedrijvigheid uitoefenen op een goede wijze hun plekken zullen kunnen blijven
bereiken en dat wij verder in de commissies onze inspraak zodanig zullen
hebben over de concrete plannen voor de uitvoering, dat wij daar volledig
mee uit de voeten kunnen. Wij denken dan ook dat we met de toevoeging die
de wethouder nu gedaan heeft, achter uw voorstel moeten blijven staan.
VOORZITTER: Met andere woorden: u steunt het voorstelvan het college voor
het krediet met daarbij de toezegging dat over de precieze invulling van
de maatregelen nog nader overleg en overeenstemming moet zijn, om in ieder
geval geen vertraging te krijgen.
Heer VAN DEN BREEMER: Voorzitter, zoals de heer Pothuizen al heeft gememoreerd,
vind ik dat we op procedurele gronden verkeerd handelen. Het lijkt mij
dat er nu een aantal veranderingen gaan plaatsvinden die dan mogelijkerwijs
wel in de volgende commissie ter sprake gebracht zullen worden, maar de
burger kan alleen maar in beroep gaan tegen een raadsbeslissing. De raads-
beslissing wordt vanavond genomen en daar kom je mee in het gedrang.
VOORZITTER: Je kan het formeel zien, je kan het ook proberen op te lossen.
Ik wil toch bepleiten, en steun het voorstel van de wethouder, om te kijken
of we hier in goed overleg met elkaar uitkomen. Daar gaat het om, om ge-