-32-
moeten hebben voordat de inhoudelijke discussie verder gaat- of dit
voorstel een maand uitgesteld kan worden omdat er in mijn fraktie de
gedachte leeft dat het beter is om het in samenhang met die andere punten
te behandelen. Die uitspraak zouden we graag eerst willen hebben voordat we
met de vraag geconfronteerd worden of we voor of tegen het voorstel zijn.
Wethouder PLOMP: Voorzitter, in de commissie is gezegd -dat kwam uit de
advisering naar voren- dat er 90.000,- voor de scholen bestemd zou zijn.
Als dan het woord verwarring valt, denk ik dat die verwarring bij de
scholen ontstaat, omdat in het openbaar is gezegd dat dit bedrag voor die
sector bedoeld zou zijn. Als wij nu gaan afwachten of er ook nog andere 27.
dingen bijkomen, dingen waarvan ik u de lijst heb toegezegd, dan krijg je
de verwarring: wat wil je nu aan de scholen en wat wil je nu elders aan
besteden? Ik denk dat juist door het voorstel te doen zoals we het doen,
duidelijk is dat een bepaalde sector, in dit geval de scholen, wordt
geholpen en dat daarna, als daar andere dingen bijkomen, kan worden bezien
of mogelijk ook andere onderwerpen aan de orde kunnen komen.
Heer VAN GELDER: Zijn er dan ook financiële middelen voor? Die afweging is
natuurlijk voorgesteld omdat wij veronderstellen dat de middelen van de
gemeente Soest niet onuitputtelijk zijn. Maar als er voldoende geld is om
ook andere voorstellen te honoreren, dan ligt de zaak natuurlijk anders.
Wethouder PLOMP: Het bedrag waar het hier om gaat -dat staat ook duidelijk
in het opschrift- is bestemd voor de scholen. Als echter vanuit uw fraktie
en vanuit andere frakties er wordt gevraagd om de lijst van andere black
spots aan de orde te stellen, wil ik dat graag doen en dan zal daar
bijgevoegd worden een voorstel om dat te dekken. Als u daar om vraagt, dan
gebeurt dat gewoon. Want je kan natuurlijk wel voorstellen neerleggen waar
geen dekking voor is, maar dat is de worst voorhouden zonder dat er iets
gebeurt. Dat laatste zou ik juist willen voorkomen door te zeggen: laten we
nu, nu die scholen bezig zijn om ons te beantwoorden, de zaak hier
afronden, waarbij het natuurlijk niet zo is dat er enige toezegging aan een
school is gedaan behalve het feit dat toezending van een brief om
informatie en openbare behandeling van het stuk waaruit men de conclusie
mag trekken dat de meerderheid van de raad bij de basisscholen iets wil
doen, natuurlijk impliceert dat er bij die scholen bepaalde gedachten
leven. Meer heb ik niet willen zeggen, mijnheer Meilof.
Heer VAN GELDER: Dan mag ik uw woorden dus zo interpreteren: in het
voorstel staat 50.000,- verkeersveiligheidsbeleid in de
investeringsplanning en die gaan we dus nu uitgeven, plus die 40.000,-
maar die hebben we niet in de investeringsplanning, dat is de subsidie. De
black spot lijst, als in de volgende commissie r.o. afgesproken wordt dat
daar een aantal punten van aangepakt moeten worden, dan zegt u dus nu toe
dat er ruimte is binnen het totale budget? Als dat niet zo is, dan zijn we
dus terug bij het voorstel om het een maand uit te stellen om die
overweging te doen of we misschien beter punten uit de black spot lijst aan
kunnen pakken. We glijden nu steeds in een inhoudelijke discussie, maar ons
voorstel was om het een maand uit te stellen om die samenhang te krijgen. U
heeft een aantal redenen, dat is duidelijk, om te zeggen: doe dit nu eerst
en bekijk dan later wat je ermee doet. Het lijkt mij zinvol om dan dat
voorstel in stemming te brengen, dan kunnen wij ook op een andere manier -
stel dat het afgestemd wordt- hierover discussiëren als vanuit een punt
van orde alleen maar.