19 mei 1988 - 21 - bestuursopdrachten waarin je getrapt, stapje voor stapje, door het preciseren en nader uitwerken van eerder genomen globale besluiten tot een procedure komt. Die procedure spreekt ons wat meer aan. Bij de voorliggende Algemene Plaatselijke Verordening zaten wij dus met het probleem dat wij bij nogal veel artikelen toch vonden dat er te sterk generaliserend allerlei zaken die voor iedereen volstrekt normaal zijn, worden afgewezen. Die discussie is gevoerd, maar ik denk -en dan kom ik toch bij het voorbeeld van de maximum snelheid- dat het toch op een fors aantal punten zoiets is van: we zetten de maximum snelheid op 70 km per uur, dan kunnen we in ieder geval iedereen die boven de 120 km per uur komt aanpakken, want die maakt het wel zeer te bont met de overschrijding. Deze verordening staat daar bol van en ik blijf van mening, mijn fractie blijft van mening dat dat een niet juiste manier van regelgeving is, want dat laat voor de burger teveel ruimte over om zelf te interpreteren waar de grens ligt en het is ook niet duidelijk waar nu dat optreden vanuit de politie wel en waar dat niet zal gaan plaatsvinden. Edoch, met dit in het achterhoofd kunnen we twee dingen doen. We kunnen nu alle punten gaan amenderen en dat willen we niet doen. Dus in die zin leggen wij het hoofd in de schoot en zeggen we: laten we dat ding dan maar zo vaststellen zoals u hem heeft aangeboden. Maar ik geef u toch in overweging om bij het produceren van dit soort stukken meer de procedure te gaan volgen zoals die gevolgd is met betrekking tot het rioolbeheer, want ik denk dat dat voor de voorbereiding van zaken veel beter is. Er is één belangrijk punt waar ik graag, alvorens wij instemmen met deze verordening, een positieve toezegging over zou willen hebben. Ik heb al genoemd dat deze verordening de burger ontzettend beknot in allerlei zaken om uitwassen te voorkomen. Ik zou graag in het komende jaar, na een half jaar en na een jaar, een gedetailleerd overzicht van u willen hebben van de gevallen waarin is opgetreden met deze verordening en de problemen waartegen is opgetreden, om gewoon eens inzicht te krijgen in hoe het in de praktijk zal gaan verlopen met die interpretatie van waar nu grenzen zijn overschreden. Dat gaat dus bijvoorbeeld om die vlaggen boven de openbare weg, is het nu de bedoeling dat bij ieder tankstation elke vlag weggaat? Dan kunt u wat ons betreft bij de eerstvolgende evaluatie een discussie verwachten dat dat niet de bedoeling is. Ik pak dat nu als voorbeeld, maar dat kan bij alle artikelen. Wij zouden dus graag de toezegging van u willen hebben dat daar een evaluatie plaatsvindt, gewoon met een lijst: toen opgetreden op die gronden, etc. Heer VERHEUS: Voorzitter, we hebben een A.P.V. die langs een hele lange weg tot stand is gekomen en iedereen -althans de meest belanghebbenden- is in de gelegenheid geweest en heeft daar ook gebruik van gemaakt om op- of aanmerkingen, dan wel wijzigingsvoorstellen in te dienen. De heer Van Gelder refereerde er al aan, in de commissie a.b.z. is ook duidelijk gezegd dat het een prachtig dik boek is, maar hoe leven we het na? Wie past de controle toe? Maar dat was natuurlijk met elke voorgaande A.P.V. of A.V.S in wezen natuurlijk precies hetzelfde. De meeste burgers weten nauwelijks wat erin staat. Er is gezegd: we hebben nu, wanneer zich excessen voordoen, een middel -deze A.P.V. wanneer die vastgesteld is- om op te kunnen treden. Het begrip excessen is natuurlijk toch betrekkelijk subjectief. Als iemand, wie dat dan ook is, aan het college vraagt, of een klacht indient met betrekking tot een in dit boekwerk vermeld gebod of verbod, is dat dan een exces of zegt het college: nou, ja, die ene caravan staat er wel, maar zo erg Is dat toch niet? Dat zou ik toch wel graag willen weten. De heer Van Gelder vraagt ons na een half jaar een overzicht te geven in welke gevallen er opgetreden is tegen mensen die gezondigd hebben tegen deze A.P.V. Ik

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1988 | | pagina 136