19 mei 1988 - 22 - denk dat dat een goed idee is. Ik geloof ook dat als we over 1, 2 of 3 jaar die achter ons liggen eens na zouden gaan hoeveel mensen op grond van de nu nog gangbare A.V.S verbaliseerd zijn, dat dat op de vingers van één of twee handen te tellen is. VOORZITTER: Ik zal kort reageren. Eerst iets over de wijze van voorbereiding. Ik kan mij wel een beetje voorstellen, ook gelet op de discussies die we hebben gehad over bestuursopdrachten, hoe wij daarmee om wensen te gaan, dat er gezegd wordt dat je eigenlijk op dit punt die lijn ook zou moeten volgen. Ik wijs er echter wel op dat dit eigenlijk niet een nieuw beleidshoofdstuk is, maar een aanpassing, een modernisering van een bestaande verordening, die goed werkte. Maar alleen omdat het goed is om dat periodiek te doen en er bovendien een model was van de V.N.G.waarvan we van tevoren, jaren gelden al, hadden afgesproken dat zodra dat model er zou zijn, we met dat model in de hand de toenmalige A.V.S. nog eens zouden nagaan, dat wij dus die weg voor dit geval zo gekozen hebben. Toen wij dat dus ook in a.b.z. nog een keer besproken hebben, toen hebben we met elkaar gezegd: laat dit dan de procedure zijn voor dit geval, dan moeten we maar kijken hoe het resultaat wordt en dan moeten we er verder over spreken. Maar met voldoende inspraak, dat is vanaf het begin gezegd en ik meen dat we dat ook gedaan hebben. Maar op zichzelf, de gedachte van u om, als er echt nieuwe beleidsonderwerpen zijn, de vorm van de bestuursopdracht en de wijze van procederen met elkaar goed door te praten, dat lijkt mij een hele goede zaak. Dus ik denk dat we elkaar daar helemaal in kunnen vinden. Nu ligt dit voor en het blijft natuurlijk altijd de vraag -die ook hier door de heer Verheus en door anderen gesteld is, ook de heer Krijger heeft dat in de commissie al gedaan- wat het karakter van het ding is en of het niet weer een hele bos regels is. Worden we niet weer overstrooid met bureaucratie en alles wat daarbij hoort? Ik heb toen geantwoord en dat moet ik eigenlijk nu weer doen, dat het misschien wel een beetje zo is, maar we moeten ergens kapstokken hebben om te kunnen optreden. En dan is dit het systeem dat de wet ons geeft. Daar hebben we ons nu eenmaal aan te houden, want als we het niet zo doen, dan lopen we tegen de lamp bij de rechter of waar je dan terecht komt. Vandaar die A.P.V. zoals die er nu is. Ik ben in ieder geval blij dat we een moderne vorm hebben, dat we toch een aantal artikelen hebben kunnen laten vallen en dat we de zaak nu weer kunnen aanpassen op de problemen van deze tijd. Ik wil nu even de opmerkingen langs te lopen die gemaakt zijn. Ten aanzien van de terrassen heeft de heer Pothuizen gevraagd hoe het met de alcoholverstrekking zit op terrassen, tot wanneer moet dat dan plaatsvinden, tot tien uur, elf uur of twaalf uur? Daar heeft hij antwoord op gekregen dat bij nadere overweging en afweging we gezegd hebben: elf uur. Zijn vraag is toen niet beantwoord over hoe het zit met non- alcoholica. Ik zou u nu eigenlijk willen antwoorden: we komen toch nog een keer te spreken over de sluitingstijden van café's. U herinnert zich die toezegging, ook gelet op de experimenten die in Amersfoort en in Baam worden gehouden op dit moment, dat wij hebben afgesproken met elkaar dat we de resultaten daarvan zouden bespreken om te zien of we in Soest daar ook verandering in moeten aanbrengen. Laten we dan met name ook de terrassen en de sluitingstijden van terrassen, non-alcoholica, want dat is het dan in feite als je er niks meer kan verstrekken, meenemen bij die evaluatie. Overigens zal die naar alle waarschijnlijkheid niet te lang meer op zich hoeven te laten wachten. De pitbullterrierIk begrijp dat u op zichzelf akkoord gaat met de suggestie. Laat ik dat nog eens duidelijk zeggen: ik vind dat de pers in deze niet de intentie van de brief goed heeft weergegeven. Het is zo dat

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1988 | | pagina 137