19 mei 1988
- 33 -
Heer VAN GELDER: Zouden we de toezegging kunnen krijgen dat we in de
volgende commissie financiën, als we er nu meer akkoord gaan, over de
voorwaarden -dat is dan de bijlage I bij het vorige besluit- en de kaarten
kunnen praten en dat afhankelijk van die discussie eventueel nog een
bijstelling achteraf van die voorwaarden kan plaatsvinden? Dan kunt u
beginnen, dan hoef u daar niet op te wachten. Het is ook niet onze
bedoeling om de zaak op te houden, maar toch nog wel om nu niet voor dat
hele gebied niet die heroverweging van die uitgangspunten definitief te
blokkeren. Als u zegt dat we dit besluit nu kunnen nemen en dat we in de
eerstkomende commissie financiën nog een keer over die voorwaarden praten,
of die misschien bijgesteld moeten worden aan de hand van de ervaringen met
de verkopen tot nu toe, dan kunnen wij daar vrede mee hebben.
Wethouder MENNE: Voorzitter, de voorwaarden, de richtlijnen zijn door de
raad vastgesteld. Als de commissie dan tot een gedachte komt dat die
richtlijnen moeten worden veranderen, dan moet dat weer terug in de raad.
Ik vind dat wel nodig dat het opnieuw dan in de raad wordt vastgesteld,
welke de nieuwe richtlijnen dan zullen zijn en dan worden de oude
doorgestreept als het zover komt. Dat betekent wel natuurlijk dat het
allemaal vertraagt.
VOORZITTER: Wat is uw eindadvies? Want de raad wil stemmen over het al of
niet doorgaan van die zaak.
Wethouder MENNE: Ik zou hier nu mee door willen gaan.
VOORZITTER: Dan stel ik voor dit in stemming te brengen.
Heer VAN GELDER: Ik vraag of u die discussie over die voorwaarden op korte
termijn wil doen. Als u daar geen antwoord op geeft, stemmen wij tegen,
tenzij u de toezegging geeft dat u die discussie wil voeren. Dat er dan
natuurlijk, afhankelijk van die discussie in de commissie financiën een
raadsvoorstel door u zal worden gemaakt -of niet, als we vinden dat het
niet hoeft- dat is ons duidelijk. Maar als u zegt: in de eerstkomende
commissievergadering gaan we daarover praten, dan is dat iets anders dan
als u zegt: dat doen we niet.
Wethouder MENNE: Ik vind toch hier de klantvriendelijkheid wel duidelijk
gelden. We hebben nu eenmaal die richtlijnen vastgesteld en ik zie niet,
voorzitter, dat we die nu weer moeten bespreken. Dat wil zeggen dat het nog
maanden opschuift, het geheel.
Heer VAN GELDER: Ik vraag alleen: als we het nu vaststellen, kunnen we dan
de toezegging krijgen dat we over de richtlijnen gaan praten? Dan kunt u
wel doorgaan met de verkoop op basis van de vastgestelde richtlijnen,
alleen willen we die niet voor het hele plan voor de komende jaren zo
intact laten, we willen graag op korte termijn de discussie over die
richtlijnen voeren aan de hand van de ervaringen. Dat lijkt mij toch een
hele redelijke vraag. Als u daar ja op zegt, dan bereidt u die voor de
eerstkomende commissievergadering voor en dan steunt mijn fractie verder
het voorstel. Dan kunt u zich dus klantvriendelijk opstellen, maar stelt u
zich ook een beetje raadsvriendelijk op.
Wethouder MENNE: Ja, maar dat betekent toch, als we nu nog over
voorwaarden, over richtlijnen moeten gaan praten met de raad, dat we niets
kunnen doen. Dan blokkeer je toch de gesprekken met de klant?