25 augustus 1988
- 4 -
exploitatie-opzet ontbreken. Taphoom weigert die te verschaffen, volgens
een vrij agressief interview gisteren in de Soester Courant. Hij zegt
daarin met de provincie niets te maken te hebben. Hij wil zelfs de
ontbindende voorwaarde in het verkoopcontract over de bouwvergunningen
ontbinden. Wat is daarop uw reactie, mijnheer de voorzitter?
Mijn vierde vraag geldt de verdere procedure. Van de gemeentevoorlichter
hoorde ik geluiden als: "niets aan de hand, we gaan gewoon door, we geven
wat meer informatie en we zijn voor een gesprek beschikbaar." Edoch, de
provincie vraagt onomwonden "eventuele nieuwe besluiten eerst in te zenden
wanneer de planologische mogelijkheden daartoe voldoende perspectief
bieden." Zij stellen geen geritsel voor, maar een gedegen overleg. Hoe
denkt u dit overleg in te gaan? En wat is daarin de rol van deze
gemeenteraad?
Wat ik vanavond niet wil horen is het argument uwerzijds dat Utrecht in die
vijf afgelopen maanden best eens had kunnen vragen in Soest wat precies de
bedoeling was. Ik ken een voorbeeld uit deze raadsagenda waarbij een burger
de raad een brief schrijft in februari en na 7 maanden, ondanks alle
procedures, schema's en afspraken met ons daarover geen antwoord heeft
gekregen. Elke kritiek op de provincie is misplaatst.
Voorzitter. Wat is het beleid nu verder van B&W in deze affaire, ook ten
aanzien van de dienstwoning en het restaurant? En hoe luidt de reactie van
de heren Krijger en Verheus, onze kartrekkersdie zich deze week toch
behoorlijk in de vingers hebben laten snijden door de teugels van een op
hol geslagen paard en wagen? Progressief Soest is niet alleen benieuwd naar
uw antwoorden, maar even benieuwd naar de mening van de overige fracties in
deze gemeenteraad.
Tenslotte, mijnheer de voorzitter, stelt Progressief Soest vanavond de
raad voor de verkoop maar terug te draaien, het koopcontract ongedaan te
maken en ons te beraden op wat de Soester bevolking echt wil, namelijk het
behoud van het mooiste natuurbad van Nederland, de realisering van een
overdekte zweminrichting ter plekke. Laten we ons kind, "Natuurlijk Soest",
niet met het badwater weggooien. Soest blijft Soest!
Als herinnering aan deze interpellatie bied ik de raadsleden en het college
een aandenken aan. Dat wil de bode misschien uitdelen.
VOORZITTERIk vind dat we dit voor het nageslacht moeten bewaren, deze
suggestie. Even voor de notulen zal ik zeggen dat het hier gaat om een
plastic zakje met water, waarop staat "de gemeente Soest, natuurlijk, met
het badwater weggooien"
Heer KRIJGER: Kan de inhoud toegelicht worden, gezien de blauwe kleur?
Heer VISSER: Het is echt water uit het Soester Natuurbad en dat is zo
helder blauw. U moet wel voorzichtig zijn, voorzitter, er kan natuurlijk in
Soest een lek inzitten.
VOORZITTERJa, maar als dat nu gebeurt dan weten we tenminste wie dat
gedaan heeft. Ik stel voor dit spraakwater nu te gebruiken voor de
beantwoording door de heer Plomp.
Wethouder PLOMP: Dank u zeer, mijnheer de voorzitter. Ik kan de heer Visser
geruststellen, het lek zit niet aan deze kant, althans niet in dit zakje.
Wij hebben ontvangen, als college, van de heer Visser twee teksten, een
eerste tekst enige dagen geleden en op dit moment een nadere tekst. Wij
hebben daarop als college het volgende commentaar. In beide teksten staan
bepaalde vragen en bepaalde reacties worden gevraagd. Ik hoop ze in mijn
beantwoording te kunnen meenemen, waarbij het niet is uitgesloten dat ook
nog anderen achter deze tafel daarop straks nog iets zullen zeggen.