24 oktober 1988
- 7 -
opvatting te bereiken over de mate waarin we Soest nu een rijke gemeente
willen noemen. De uitroep 'Soest is rijk!' is één, verantwoord omgaan met
die rijkdom is twee. Wij bepleiten een gestructureerde besluitvorming op
basis van gedegen inzichten van theoretisch goed geschoolde en praktisch
ervaren adviseurs. Gelukkig is wat dat betreft ons ambtelijk apparaat
momenteel beter geoutilleerd dan ooit. Wij nodigen u uit uw voorstellen zo
te doen dat de associatie met een grabbelton zoveel mogelijk wordt
voorkomen. Juist als het gaat om ruimte voor incidentele bestedingen is
het, gegeven de traditionele honger van politici die het zich tot taak
stellen eerder aan de bak te zijn dan de concurrentie, zinvol aan structuur
en fasering in de besluitvorming aandacht te geven.
Wij vinden dat het niet alleen financieel goed gaat met de gemeente, ook
organisatorisch gaat het goed. De binnenkant kan tevreden naar zichzelf
kijken. Maar tevreden zijn kan de politiek pas met recht als ook de burgers
dat in voldoende mate zijn. Het is geen geheim, sommige fracties zeggen het
met zoveel woorden in hun algemene beschouwingen, dat burgers nog altijd
vaker vastlopen op de gemeente dan ons lief is. Met onze suggestie tot
aanstelling van een ombudsvrouw of -man kunnen we de burger een instrument
geven dat hem garandeert dat zijn eventuele klacht hoe dan ook aandacht
krijgt en zelfs onbevooroordeelde aandacht. Afhankelijk van uw antwoord
overwegen wij een motie.
Ook het gemeentelijk machtsbereik is beperkt. Op Soester gemeentegebied
moeten we soms ons ondanks dingen tolereren, zoals een autobaan of
militaire oefeningen. In die gevallen lijkt er veelal geen ander gedrag
mogelijk dan roepen "we kunnen niet anders" en het wassen van de handen in
onschuld. Dat gaat ons te ver in een situatie waarin we als gemeente onze
uiterste krachtsinspanning nog niet hebben gedaan. Daarmee doel ik op
vliegshows. Mijn fractie zal een uitspraak van de raad tot afwijzing
hiervan uitlokken als het antwoord van uw kant ons niet voldoende voorkomt.
Er is een gezegde 'waar niet is, verliest de keizer zijn recht'. Tegen de
achtergrond daarvan nog een paar andere onderwerpen van gemeentelijk
beleid. Als we de tijd ongemerkt laten voortschrijden, hebben we in Soest
over een paar jaar geen bouwgrond meer. Over de toekomst van Soest moet
gepraat gaan worden, hoe moeilijk het misschien ook zal zijn. Er zal
voorspelbaar een spraakverwarring uit voortvloeien, maar die moet u
kanaliseren en tot planvorming zien te brengen. We horen graag hoe u uw
dirigentenrol in deze ziet.
En als de tijd ongebruikt voorbijgaat zien we over een paar jaar ook
aanzienlijk minder bussen in en om Soest. In de eerste versie van mijn
algemene beschouwingen, die toen net zo lang waren als die van de WD nu,
maar ik heb er braaf 900 woorden uit geschrapt, stonden suggesties die
overeenkomen met die welke de WD heeft gedaan. Laten we de mogelijkheden
onderzoeken die de Wet Personenvervoer biedt, laten we meer gespreks
partners dan alleen Centraal Nederland zoeken en haal ons uit de positie
van het achter de feiten aanlopen.
Dat moet ook niet -achter de feiten aanlopen- als het gaat om de verkeers
veiligheid. Wij stellen met genoegen vast dat de interesse van het college
in verkeersveiligheid sterk is gegroeid en we zullen aan concrete plannen
graag steun geven. Het geld hieraan besteed zal goed besteed zijn.
Het ouderenbeleid lijkt een verplicht nummer in deze algemene
beschouwingen. Tenminste voor een deel is die aandacht terecht. Aan
ouderenbeleid zitten, net als aan elk beleid trouwens, korte en lange
termijnaspecten. In onze algemene beschouwingen heeft met name het korte
termijnaspect een accent gekregen. Ter vermijding van misverstand misschien
toch goed te zeggen dat dat niet betekent dat onze fractie geen oog zou
hebben voor de lange termijnaspecten. Maar ik hoop dat de andere fracties
ook oog voor het korte termijnaspect zullen hebben.
