17 november 1988 - 28 - Ik heb nog wat moeite met en ook wat teleurstelling over het feit dat u niet hebt willen overnemen bij de punten a t/m e, een punt f. dat ik had voorgesteld. Dat was het voorstel om daar ook de doelstelling bij te betrekken, dat het voorstel vanuit een bepaalde laag van de bevolking over een bepaalde zaak ook een duidelijke doelstelling moest bevatten, op grond waarvan wij de zaak konden toetsen. Dat maakt het ook heel wat helderder als wij daar met elkaar over spreken. U hebt dat niet willen overnemen en dat stelt mij enigszins teleur. Zou u daar nog de motivatie van willen aangeven en misschien nog overgaan tot het voorstellen dat u het wel wilt meenemen? VOORZITTERIk heb toen in a.b.z. gezegd dat er een heldere doelstelling impliciet moet zijn, want anders kan je dat moeilijk in behandeling nemen. U wilde dat als criterium nog opnemen, maar dat heb ik toen gezegd. Of het nou heel expliciet nog een keer genoemd werd, daarvan heb ik gezegd: het lijkt mij wat te veel van het goede. Impliciet moet er dus bij zo'n zaak een heldere doelstelling zijn. Materieel, om het eens juridisch te zeggen, hen ik u wel gelijk gegeven. Heer VERHEUSMijnheer de voorzitter, hoewel de gedachte steeds meer veld schijnt te winnen dat we ook op het lokale niveau "buitenlandse zaken" meer aandacht moeten geven, denk ik dat we er toch voor op moeten passen dat we niet al te hard van stapel lopen. Het college heeft dit ook gezien, gelet op wat u onder punt a t/m e voorstelt. U stelt daarin een vijftal criteria die u hanteert en waaraan men moet voldoen. Deze vijf punten hebben onze volledige instemming. Bovendien bestaan er in feite voor wat betreft Polen al jaren contacten, ik dacht vanaf 1981, maar dat weet ik niet zeker, met name met die dubbelstad Kedz/Kozle. Wij zouden het toejuichen als deze contacten genormaliseerd zouden kunnen worden in de vorm van wat men dan noemt een jumelage. Daar is al een paar keer, ook in het verleden, over gesproken in de commissie a.b.z. Ik denk dat daar, gelet op wat in de laatste commissie besproken is, geen enkel probleem hoeft te liggen. Voor wat betreft uw conclusie zoals die is verwoord op bladzijde 3 van dit voorstel onder a, hebben wij gezien dat u het advies van de commissie a.b.z. heeft overgenomen en dat er nu gesproken wordt -de heer Meilof refereerde er ook al aan- over de gemeentelijke invloedsfeer. Waar het voorstel echter gewag maakt van verschaffing van middelen, wil ik duidelijk namens onze fractie stellen dat een en ander niet moet betekenen dat het college, raadsleden, ambtenaren of wie dan ook op kosten van de gemeente bezoeken gaan afleggen in Polen. Ik denk dat het goed is als het gebeurt, maar dan voor eigen rekening. VOORZITTERIk zou wel graag de zaken willen houden zoals ze nu hier aan de orde zijn, anders gaan we dingen door elkaar behandelen. Ik kan u toezeggen, want dat heeft het college vorige week besloten en dat raadsvoorstel zult u morgen in de bus vinden, dat wij voorstellen om een jumelage aan te gaan met Kozle in Polen. Het lijkt mij goed dat wij dan over de merites daarvan spreken. Wij hebben het nu over dit raadsvoorstel. Heer VERHEUSAkkoord, voorzitter. Heer VAN GELDER: Voorzitter, ik hoop voor u dat dit voorstel aangenomen wordt, anders moet u al die voorstellen weer uit de envelop halen. Maar goed. Met betrekking tot het agendapunt waar we het nu over hebben, juicht mijn fractie het toe dat die verbreding van de taakstelling -en dan hanteer ik toch maar even het woord uit het oorspronkelijke raadsvoorstel- zodanig geaccepteerd is door de raad dat dat mag resulteren in dit voorstel. Ik

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1988 | | pagina 395