15 december 1988 - 2 - samenstelling, inrichting en bevoegdheid der gemeentebesturen en de door de raad van Soest vastgestelde of vast te stellen instructie aan het ambt van secretaris hebben verbonden, eerlijk en vlijtig zal vervullen. Heer BRUNEKREEF: Dat beloof ik. 2. Ingekomen stukken. a. Brief dd. 17 oktober 1988 van de Federatie van Ouderenverenigingen te Amersfoort inzake de categorie B-werknemers in de Sociale Werkvoorziening, met voorstel de brief met bijlagen voor kennisgeving aan te nemen. b. Brief dd. 8 november 1988 van het Regionaal Sociaal Werkvoorzieningsschap Amersfoort en omgeving houdende het bericht dat de begroting 1989 door het Algemeen Bestuur ongewijzigd is vastgesteld, met voorstel de brief voor kennisgeving aan te nemen. Met betrekking tot deze stukken wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming besloten conform hetgeen door het college is voorgesteld 3. Vragenhalfuurtje VOORZITTEREr zijn vragen binnengekomen van de heer Visser. Heeft u nog behoefte die vragen toe te lichten, of zijn ze duidelijk genoeg? Heer VISSER: Voorzitter, de omwonenden van Vorstenlanden in Soestduinen proberen al twaalf maanden, vanaf 22 december 1987, met werkelijk honderden klachten bij u hun recht te krijgen tegenover de stankoverlast die daar heerst. Twaalf maanden is natuurlijk wel erg lang, zodat men ten einde raad zelfs een stichting in het leven heeft geroepen om een vuist te maken. Dat is heel goed, dat bewoners dat doen. Ik heb vanavond een van de bestuursleden nog aan de telefoon gehad, die vertelde mij dat vanmorgen om half zeven de stank alweer ondraaglijk was. Hij had een gesprek gehad met de milieudienst en werd erop gewezen dat het nu maar eens uit moest zijn met kranteberichten en acties van de stichting, want anders zouden er tegenmaatregelen worden genomen. Dat is allemaal heel verontrustend en ik hoop dat u dit vanavond kunt ontzenuwen en dat u bereid bent om als gemeentebestuur, als college van B&W, dat het dagelijks bestuur in handen heeft, deze mensen tegemoet te komen en hen bij te staan, dat ze minder last hebben van de stankoverlast die kennelijk daar ondraaglijk is. Inderdaad blijkt verder uit de vragen hoe de stand van zaken is en ik ben dan ook benieuwd naar uw antwoorden, al is mijn ervaring dat als ik dit soort vragen stel, de rest van de raad zwijgt en denkt: laat maar zitten en zich niet mengt in de discussie. Maar het is toch al bewezen, ook aan de Van Weerden Poelmanweg met mevrouw de Muinck dat het toch wel helpt wanneer de gemeente overgaat tot daden, ook al bemoeit de rest van de raad zich er niet mee en zijn wij de enige partij die weer een blinde vlek in de Soester politiek moet blootleggen. Dat kunnen we maandelijks. Dat is mijn toelichting en de vragen laat ik verder aan u over. En de antwoorden. VOORZITTER: Niemand neemt de uitnodiging aan om ook nog te spreken? Dan is het woord aan de heer Plomp.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1988 | | pagina 405