41
duidelijk en hoe ze dat wil ook. Vanavond zijn nog eens zeer eendrachtig door
vier partijen -dat zou toch ook een teken moeten zijn- accenten gelegd. Tijd
rekken kan niet meer en heeft vanaf nu gevolgen. Komende zomer moeten we de
ombouw hebben afgerond. Onmiskenbaar staat één ding vast. Niemand -en ook geen
politieke partij- heeft er belang bij dat de operatie slaagt en de patiënt
overlijdt. Voor zover nodig mag het de sport gerust stellen dat de vier partijen
zich dat buitengewoon goed bewust zijn.
Heer KRIJGER: Mijnheer de voorzitter, in een van de kranten die in Soest
verschijnen, die proberen te doorgronden wat er in de Soester raad speelt, -en
met doorgronden bedoel ik het woord dat aangeeft dat zoveel achter gesloten
deuren plaats vindt- daar stond wat opinerend 'een storm in een glas water'.
Gehoord de heer Pothuizen denk ik: beter hard geblazen dan de mond gebrand. Want
waarom? Wat is er volgens ons feitelijk aan de hand en welk gedoe belemmert
juist dat er inhoudelijk gesproken gaat worden, dat het overleg kan worden
geopend, want dat is nog steeds niet gebeurd, over een sportstructuurhoe men
daar ook over moge denken. Er zijn een aantal belemmeringen ontstaan, opgeroepen
en soms wat gekoesterd om ze in stand te houden.
Twee elementen: openbaarheid en steun zoals wij die zelf hebben vastgelegd in
besluiten tot een stichting, zelfs nog besluiten van december waarin de statuten
werden veranderd. Openbaarheid, in deze raad wordt vaak over principes gesproken
en één van die principes is dat juist vanwege democratische controle zoveel
mogelijk openbaar moet zijn. Om de haverklap gaan zaken dus achter gesloten
deuren verder.
Het tweede punt, ambtelijke steun. We hebben besloten -hoe je daar ook over moge
denken- in de raadsvergadering van december wat de statuten zullen blijven zijn
tot er gekozen is voor een andere structuur. En daarin staat wie -het
stichtingsbestuur min een aantal personen hier in deze raadszaal aanwezig- het
stichtingsbestuur zullen vormen en die hebben de steun van een ambtenaar en van
een directeur. Er is ook gesproken in december, als je bepaalde zaken wat
moeilijk vindt dan moet je detacheringsregelingen trefffen. Die zijn er niet en
die zijn juist een van de aanleiding voor onduidelijkheid.
Als we kijken naar die twee punten waar het een beetje om draait, moeten we
constateren dat het college al weer aan het veranderen is. Dat is niet erg
duidelijk in het algemeen. Maar één punt moeten we wel constateren, dat is dat
de ambtenaar wiens integriteit als ambtenaar voorop moet staan en waar niet de
politiek en ook de ambtelijk top zelf niet een discussie over mag laten
ontstaan, over integriteit van ambtenaren, één van die ambtenaren mag weer zijn
werk doen. Wat dus overblijft op dit moment is de openbaarheid van het
bijeenkomen. Openbaarheid in twee fases. Een fase waarin we te maken hebben met
verantwoording afleggen in een commissie ad hoe, dat is een politieke commissie.
Een andere situatie is: er is overleg met de sport, althans, dat overleg moet
nog gaan beginnen. Overleg waarvan de inhoud voor een deel is bepaald. Er liggen
nu al concept-statuten, er ligt een uitwerking van een raadsvoorstel van
december model B. Die zaken mogen geen minderheid vanuit het college betekenen.
Dat is het overleg ingaan met één mening. Maar als in politieke afwegingen
discussies mogen ontstaan, denken wij dat dat in Soest moet kunnen.
Heer MEILOF: Voorzitter, dit voorstel 21 was voor mij weer buitengewoon
verrassend. Er heeft zich weer een speciale vorm van partijvorming voorgedaan
van vier partijen en één plus één. Onderling overleg op dit gebied schijnt ook
niet nodig te zijn. Vier partijen hebben genoeg aan de desbetreffende wethouders
die daar achter staan voor hun informatiestroom. En de ene partij die overblijft
die heeft een andere wethouder tot zijn beschikking. Ik heb dat kennelijk niet
en dat ergert mij zo langzamerhand als ik dit soort besluitvorming zie, de wijze
waarop dat gebeurt, eerst in een ad hoe commissie die samengesteld is om te
trachten problemen te overwinnen. Hier wordt in dit stuk voortdurend over
partijen gesproken, daar wordt eigenlijk al bij voorbaat uitgegaan van groepen