21 september 1989 - 7 - vanwege de onduidelijkheid tegen vaststelling van dit bestemmingsplan stemmen. Met pijn in ons hart en een illusie armer. Heer POTHUIZEN: Mijnheer de voorzitter, er zijn weinig plannen zo vaak in raden en commissies behandeld, denk ik, als plannen rond de Dalweg. De meningen van de politieke partijen zijn dus volstrekt bekend. Vanavond is er ook niets nieuws gezegd voor mij tot nu toe. Ik zal het kort houden. Ons standpunt is ook sinds 1981 bekend. Wij zijn tegen bebouwing van Dalweg- zuid. Wij kunnen niet gesplitst stemmen, we kunnen dus alleen maar tegen dit bestemmingsplan stemmen. Voor zover u het over de bezwaren hebt die ook in dit raadsvoorstel behandeld worden, zijn wij van oordeel dat het bezwaar VIII-5 gegrond is, omdat dat zich richt tegen bebouwing van Dalweg-zuid. Wethouder MENNE: Voorzitter, met name de eerste spreker dacht ik dat goed weergegeven heeft en ook de tweede spreker de consequentie die het dagelijks bestuur genomen heeft en die voortvloeit uit eerdere besluiten met betrekking tot de structuurschets en het streekplan. Daarin namelijk is ook verwezen, zij het dan meer indicatief dan nu, naar wat wij straks daar zouden kunnen toestaan. Het gaat hier om een bestemmingsplan, het gaat dus om een toelatingsplan en wat er concreet komt is op dit moment strikt genomen niet aan de orde. We kunnen er natuurlijk wel over spreken, echter, het gaat hier om een toelatingsplan. Het is consequent, men zal dat absoluut niet als een zigzagbeleid in welke vorm ook kunnen betitelen. Als we naar het verleden kijken, vanaf 1981 rustig de boel op een rijtje zetten, dan denk ik dat het zeer consequent is. Voor wat betreft de vrees. Ik bespeur dat bij velen en dat is ook heel begrijpelijk, want wij weten op dit moment nog niet exact wat het -met name heb ik het dan even over het sportcomplex- straks zal gaan kosten. Daar hebt u gelijk in. Op dit moment gaat het over het bestemmingsplan. Men lijdt het meest van wat men vreest, maar wat niet op komt dagen. Als bij indicatie nu zou worden gezegd dat het zwemmen in Soest 650.000,-= per jaar kost op dit moment, in die orde en we hebben dan gebruik gemaakt gemiddeld zo'n 25 dagen van het Soester Natuurbad per jaar en we stellen daar tegenover -het zijn de concrete cijfers- een bepaald bedrag met 365 dagen genieten van het zwemmen van 's morgens vroeg tot 's avonds laat, dan komt men tot een geheel andere vergelijking. Dat is even anticiperend op wat wij in de raad nog gaan bespreken, dat geef ik toe. Maar omdat u dat ook doet, moet u mij dat even toestaan. De verhouding zal dan 1 op 10 zijn als wij de dagprijs relateren aan de kosten die daar dit sportcomplex, dan heb ik het zowel over het zwemmen als over de totaliteit van het sport complex. Wat dat betreft weet ik dus niet of alle geuite vrees wel juist is Op de tweede plaats wil ik hier toch nog eens zeggen dat het college wil benadrukken dat wij de zuidelijke Eng -daar is zojuist weer over gesproken, weer suggererend dat we de Eng zouden bebouwen- het gaat hier uitsluitend om het gebied dat we eerder in de structuurschets en in het streekplan kennen, namelijk het stuk tussen Molenstraat en Verlengde Talmalaan en niet over de Eng, wat de mensen in Soest onder de Eng verstaan. Die blijft gegarandeerd, daar staat het college volstrekt achter. We hebben daar ook een plan voor vastgesteld en wij blijven erachter staan dat dat een bestemmingsplan is dat garandeert dat daar absoluut niet gebouwd wordt. Laat dat in Soest duidelijk zijn. Ik krijg daar nog wel eens een berichtje over, dat men zegt: wat gaat u nou doen? Er staat in de krant dat u de Eng gaat bebouwen! Dan moeten we weer uitleggen dat het gaat om het door het streekplan en de structuurschets aangewezen te bebouwen gebied. Dat is dus heel wat anders.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1989 | | pagina 266