25 oktober 1989 - 2 - "maatschappelijke haalbaarheid". Dit hoofdstuk doet verslag van een gehouden voorlichtingsavond en zwart op wit meldt dit verslag de vraag hoeveel parkeerplaatsen er bij het zwembad komen. Antwoord, ook zwart op wit: 140. In hetzelfde boekje, bij de definitieve situatiebeschrijving staat dan al -zonder uitleg- dat het er 185 zullen zijn. In dit kredietvoorstel meldt u -dit keer weer zonder toelichting- dat u er 216 wilt aanleggen. Voorzitter, wij vinden dat het het college zou passen om over wijzigingen van deze schaal, die rechtstreeks verband houden met ons verkeersbeleid en milieubeleid, overleg te voeren met de raad of op zijn minst met de commissie ruimtelijke ordening. Ik vind dat het ook nog moet gebeuren, voordat wij überhaupt over dit kredietvoorstel gaan stemmen. Bij die gelegenheid kan dan meteen ook gesproken worden over de wenselijke parkeercapaciteit ten behoeve van een polikliniek. In dit voorstel wordt, terwijl we de plannen voor de polikliniek enz. helemaal nog niet kennen en ook weer zonder vooroverleg met de functionele commissie, alvast gesteld dat het aantal van 90 parkeerplaatsen niet genoeg is en naar 150 moet worden opgekrikt. Wij vragen ons af waar het verkeers- en vooral het milieubewustzijn van het college is. Is wethouder Mennede laatste fietser in uw college, nu ook al omgeturnd, of heeft ook hij geen wetenschap van wat hij nu mee beslist? Heer VISSER: Het dilemma van D66 heb ik geen moment gevoeld. Ook wij zijn tegen dit voorstel zoals het voor ons ligt. Niet alleen om alle motieven die u net gehoord hebt, maar gewoon omdat er nog vreselijk veel onduidelijkheid is over wat daar wel of niet moet komen. Ik heb één concrete vraag voor u: legt u mij nu eens even precies uit (ik heb inmiddels een ingezonden brief gelezen van de chef afdeling voorlichting over deze kwestie) hoe het komt dat er een tegenstrijdigheid is tussen het vastgestelde bestemmingsplan Dalweg en een deel van het ontwerp voor de inrichting van de omgeving van het gemeentehuis. Het is mij niet duidelijk hoe deze fout heeft kunnen gebeuren. Kunt u daar nu eens rechtstreeks antwoord op geven hoe dit allemaal is geschied? Mevrouw STEKELENBURGVoorzitter, aansluitend op de laatste zin van de heer Visser, bij ons is de onduidelijkheid op dit moment of er nu een niet sluitende exploitatie gaat ontstaan nu de verkaveling van die woningen die achter het gemeentehuis zitten, op een andere manier geregeld moet gaan worden. Wij denken -dat is ook al een klein beetje gezegd in de commissie gemeentehuis- dat er nu op de manier zoals u het ons heeft voorgesteld, opnieuw een artikel 19-procedure gevolgd zal moeten gaan worden als het gaat om deze vier woningen. Ze corresponderen dus niet met de uitgangs punten van het bestemmingsplan en wat is dan het financiële risico dat we daarmee lopen, waardoor dit eventueel niet-sluitend zou kunnen worden? Aansluitend daarop: het zwembad en het sporthalcomplex is wederom in dit voorstel aan de orde. We hebben vorige keer duidelijk in de stemverklaring gezegd waarom wij daartegen zijn. Dat maakt het ons nu niet mogelijk om voor dit plan te stemmen. Maar we horen wel graag uw reactie op de exploitatie Wethouder MENNE: Naar de heer Pothuizen toe, die heeft gedoeld op de parkeerplaatsen niet alleen van het gemeentehuis, maar ik dacht met name aan de overkant. Het exacte aantal is niet eerder in de financiële commissie aan de orde geweest. Het is wel zo dat we nu een exploitatie- opzet hebben liggen. Die sluit. Nu spring ik even over op dat andere punt dat inmiddels ontdekt is, dat in de tekening ten behoeve van het parkeren bij het gemeentehuis en de bestemmingsplantekening een overlapping zit. Wij hebben u dat geschreven in

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1989 | | pagina 353