L4 -
23 november 1989
- 15 -
kan zijn, mijnheer de voorzitter, en ik wil het hier graag in eerste
instantie bij laten.
Mevrouw STEKELENBURG: Voorzitter, de heer Plomp heeft de vragen beantwoord.
Ik wil nog even terugkomen op die termijn van 30 dagen. Ik heb mij door het
apparaat van de gemeente laten informeren dat in een artikel 19-procedure
dat wel 30 dagen zou kunnen zijn. Het heeft alleen consequenties voor de
planning. Wij vragen dat met nadruk omdat de bewoners er ook om gevraagd
hebben. De maand december is ook niet de meest gunstige maand natuurlijk,
dus in alle redelijkheid denk ik dat zij optimale kansen moeten krijgen om
zich voldoende te informeren, enz.
De heer Beijen heeft een opmerking gemaakt over de raadswisselingIk denk,
als we naar deze planning kijken, dat alles nog moet kunnen binnen deze
raad. Ik denk dat daar de problemen niet echt aan het ontstaan zijn, zoals
u net zelf hebt voorgelezen.
Voorzitter, via u even naar de heer Krijger. Hij zegt: de PvdA heeft in
haar algemene beschouwingen enz. Dat hebben we inderdaad gezegd, mijnheer
Krijger, maar dat hebben we gezegd omdat wij vinden dat bestemmingsplannen
sneller afgewikkeld moeten gaan worden. We kunnen natuurlijk wel nu met z'n
allen afspreken dat we, totdat het zover is, geen artikel 19-procedures
meer doen. Maar dan geldt dat wel voor heel Soest! We hebben dat recent
ook nog op een ander deel in Soest meegemaakt.
Wij hebben gezegd, voorzitter, wij zouden het zoveel mogelijk gelijk laten
lopen als zijnde een bestemmingsplanprocedure. Met name de inspectie
milieuhygiëne kan de provincie vragen om advies. Maar zij hoeven dat niet
te doen. En omdat wij waarde hechten aan met name die milieuaspecten, leek
het ons een goede zaak als we dat dan als gemeente zelf doen. Dat geeft in
ieder geval ook naar de mensen die daarom gevraagd hebben een stukje
duidelijkheid
Heer VERHEUSNog een paar korte opmerkingen, mijnheer de voorzitter. De
heer Visser vindt het onbegrijpelijk dat het CDA een grote AH-vestiging op
die plek wil. Dit is geen grote, want AH heeft vestigingen in ik geloof
vijf categorieën en dit is er een van de derde categorie. Maar dat
terzijde. In mijn betoog heb ik een aantal dingen gevraagd. Ik dacht dat de
meeste dingen die ik gevraagd heb, dat stukje zekerheid voor de mensen, dat
het college bij monde van de wethouder in zijn 'algemene beschouwing' de
meeste dingen waar wij nog wat ongerust over waren wel heeft weggenomen.
Ik heb ook begrepen dat als je het schema zoals het er nu ligt -daar heeft
de heer Plomp denk ik met recht op gewezen- gaat verlengen, ik denk dat dat
niet nodig is, maar het college kan dat wellicht onderzoeken. Ik denk dat
we het beste het schema zoals wij dat gekregen hebben, kunnen aanhouden.
Dan nog een opmerking via u, mijnheer de voorzitter, naar de heer Beijen.
Het is natuurlijk waar, het zou kunnen, wat de heer Beijen stelt. Maar dat
is niet alleen bij dit, dat is met alles. Besturen gaat gewoon door,
verkiezingen of niet. In dat opzicht wil ik die verantwoordelijkheid echt
wel nemen, mijnheer Beijen.
Heer KRIJGER: Mijnheer de voorzitter, praktisch gesproken, c.q. niet
gebruikelijk is het dat je pas in de raadzaal argumenten hoort die je
standpunt kunnen gaan beïnvloeden. Ik sluit dat niet uit, maar het komt
bijna niet voor. Vandaar ook nog maar een paar korte opmerkingen.
Allereerst in de richting van de heer VerheusWat is groot? Schoenmaat 48
is kleiner dan maat 50.
Richting PvdA, verschillen lijken desondanks overbrugbaar. Waarom zeg ik
dat vooral richting PvdA? Al die voorwaarden die de PvdA stelt, kunnen
optimaal in een bestemmingsplanprocedure aan de orde komen. Gezien de