21 december 1989
- 7 -
eerder bij betrokken zijn geweest. Het is nu nog te kort om voor de
verkiezingen en de nieuwe samenstelling van de raad daarin wijzigingen aan
te brengen. Ik wil nu reeds aangeven dat wij er de voorkeur aan geven,
gezien het onafhankelijk kunnen optreden in die bezwaarschriftencommissie,
dat er minder c.q. niet-r.o. leden zullen gaan komen.
Heer VERHEUSIk onderschrijf wat de heer Krijger zegt ten volle, mijnheer
de voorzitter.
VOORZITTER: Als ik dan mag antwoorden. U geeft in feite aan de korte
periode die ons nog rest tot de gemeenteraadsverkiezingen en de wijziging
in de samenstelling van allerlei commissies. Wij komen bovendien met
voorstellen hoe wij de diverse commissies en de hele structuur van de
commissies wellicht kunnen wijzigen en verbeteren. Wij zullen uw
opmerkingen meenemen.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
Voorstel toe te treden als lid van het Platform Gemeentelijk Vredesbeleid.
Heer MEILOF: Voorzitter. Ik heb misschien bij de commissievergadering al
genoeg gezegd, maar ik wil toch ook hier nog even ten aanzien van het
toetreden tot het Platform een enkel principieel ding zeggen.
Vooraf: ik vind het een zinloos besluit. Dat wordt bepaald door het feit
dat het een besluit is om toe te treden tot een platform dat geen
duidelijke of nauwelijks doelstellingen formuleert. We gaan werken met iets
waarvan we niet weten waarom we er iemand heen sturen en wat die persoon
daar moet gaan doen. Dat is al iets dat we normaal gesproken als gemeente
niet doen, dat ook niet zo voor de hand ligt.
Een tweede zaak is dat als je in een platform, waar straks een vertegen
woordiger van ons zit, met elkaar gaat spreken, dan hoop je toch -ondanks
dat er geen doelstellingen zijn- dat er zinvolle dingen gebeuren. Je hoopt
dus dat daar op zo'n wijze over zaken rond vrede en over vredesvraagstukken
waar wij als gemeente eventueel mee te maken zouden hebben, gesproken gaat
worden, dat daar ook eventueel conclusies getrokken worden, dat we daar af
ten toe iets mee kunnen doen in de praktijk. Dat betekent dat het Platform
-als ze verstandig is- af en toe probeert te komen tot besluiten. Besluiten
betekent ook dat je naar buiten toe je profileert, dat je naar buiten toe
eens een keer een vuist maakt. Zo gauw je op het gebied van de vredesvraag
stukken af en toe je duidelijk profileert, duidelijk bent, dan komt er op
hetzelfde moment duidelijk een politiek gezicht naar buiten. Dan zullen we
op dat moment dus een gezicht te zien krijgen van het Platform. Dat is
bijvoorbeeld een liberaal gezicht of een fascistisch gezicht, hoewel dat
wel heel onwaarschijnlijk zal zijn. Het is misschien een pacifistisch
gezicht of een christelijk gezicht. Ieder besluit dat genomen wordt, zal
een bepaald gezicht krijgen. Op dat moment zal de gemeente Soest zeggen:
sorry, maar nu herkennen we ons er niet meer in. Want welk gezicht dat
besluit ook heeft, altijd is er in deze raad een meerderheid die zich er
dan niet meer in zal herkennen. Dus op dat moment zal de gemeente besluiten
om weer terug te treden. Op het moment dat het Platform zinvol wordt, het
Platform werkelijk komt tot daden, besluiten wij om ons terug te trekken,
want het werkt dan niet meer, we herkennen ons niet. Dat lijkt me al jammer
om in zo'n platform te gaan zitten.
Een volgende zaak. Vredesbeleid, wat is dat eigenlijk? Ik wil hier heel
duidelijk naar voren brengen, omdat het de suggestie kan geven als ik
tegen deze toetreding ben, dat ik het met vrede misschien niet zo
nauwkeurig neem, dat vrede een onvoorstelbare mooie zaak is. Als je, zoals