20 april 1989
- 5 -
aan kleinschalige zaken moet denken. Ik vraag mij af of we in het nieuwe
gemeentehuis bijvoorbeeld nog plastic bekertjes gaan gebruiken. En wat zou
u denken van deze papiertjes allemaal? Maar dat even terzijde. Ik denk dat
ieder mens zich bewust zou moeten zijn hoe we met het milieu omgaan.
Vandaar dat onze fractie ook zoveel waarde hecht aan een van uw
aanbevelingen om te komen tot een permanent voorlichtingscentrum. Wij
denken dat je meer en beter en voortdurend voorlichting en educatie moet
geven. Als we aan een lokatie denken, dat geef ik u toch even mee, dan
denk ik dat we in de gemeente daar een uitstekend plekje voor hebben: de
oude kwekerij aan de Molenstraat. Dat zouden we u toch graag meegeven, dat
u die doelstelling zo snel mogelijk probeert uit te voeren.
Een andere aanbeveling die u heeft staan is het structureel maken van de
werkkracht die nu nog niet helemaal beschikbaar is. Wij denken dat dat van
erg groot belang is.
Daarnaast, wat de heer Pothuizen ook al zei, ondersteunen we van harte dat
u nu helemaal achter de intergemeentelijke samenwerking staat. Wij denken
dat iedere gemeente niet de specifieke deskundigheid hoeft te hebben. Als
je denkt aan bepaalde metingen, of onderzoeken, dan denk ik dat je dat in
regioverband goed kan doen. Dan worden de zogenaamde Berenschotgelden denk
ik optimaal gebruikt.
Kortom, mijnheer de voorzitter, de CDA-fractie stemt van harte in met de
voorgestelde werkwijze en zal de voortgang kritisch positief volgen.
Mevrouw STEKELENBURGVoorzitter, als we turven welk woord dit jaar het
meest gebruikt is in de media, is dat waarschijnlijk het woord 'milieu'. Op
iedere verjaardag, op straat en in de winkels: milieu is het onderwerp van
de dag. Het kabinet praat erover en valt er misschien over. Wij praten er
vanavond over in het bijzijn van onze Poolse collega's, waar de
problematiek ook aan de orde- is. Kortom, voorzitter, milieu is onderwerp
van het jaar, wereldwijd.
Achteraf moeten wij constateren dat de Club van Rome op vele punten gelijk
heeft gekregen, helaas. Met z'n allen hebben wij het milieu verwaarloosd en
met z'n allen moeten we zorgen dat het weer gerenoveerd wordt. Met z'n
allen hebben we onbehoorlijk van het milieu geprofiteerd, zowel materieel
als immaterieel, met z'n allen zullen we een stapje terug moeten. Pas op de
plaats is niet genoeg, dat kost tijd en moeite.
In uw voorstel geeft u een voorzichtige aanzet om met name Soest weer
natuurlijk te maken. Uit de nota blijkt duidelijk waar de knelpunten
zitten. Voorzitter, door de inbreng van milieugroepen en particulieren
is de nota nog beter geworden dan ze al was. Ik hoop dat u hen zoveel
mogelijk blijft betrekken bij het beleid en de uitwerking daarvan. De
woorden van mevrouw Rademaker van de milieuvereniging 'Soestdijk geen
stankwijk' spreken ons aan. Ik citeer: "Wat ik mis in het stuk is een stuk
emotionaliteit en betrokkenheid. Het is zo ambtelijk. We kunnen prachtige
beleidslijnen en regels opstellen, maar waar het echt om gaat dat krijgt
geen aandacht: wij vermoorden onze moeder, de aarde, het water en de lucht.
En hebben we nog tijd?"
Voorzitter, ik heb eerder in de commissie gezegd dat we blij zijn dat u ons
deze opsomming van regels heeft voorgelegd. Het benadrukt de complexheid
van de materie. Het laat ons zien dat we niet een-twee-drie oplossingen
kunnen aandragen. Maar hebben we nog veel meer tijd?
De aanbevelingen die u doet spreken ons aan. Voorlichting is belangrijk.
Menskracht is noodzakelijk voor de naleving van de regels. Als gemeenten de
kennis ontberen om te komen tot een integraal milieubeleid is advisering
door externen aan te bevelen. De opmerkingen die gemaakt zijn door de heer
Maas en die heel concreet zijn, onderschrijven wijAls voorbeeld: wij
zouden op korte termijn, zoals de heer Maas voorstelt, een notitie willen