lat
en
>en
jze
het
iken
Ln
de
aat
ook
Ben
an
is
Hen
ga
van
eer
or u
eer
ing
als
bij
ntal
le
op
ik ik
;n om
in
>men
-
20 april 1989 - 9 -
als er sprake is van samenwerking.
Voor wat betreft de opmerking en het idee om de milieu kwalificaties, dus
het meetbaar aangeven van de resultaten, kan ik u toezeggen dat wij zullen
kijken in hoeverre dat inderdaad op enigerlei wijze meetbaar kan worden
aangegeven. Wat we dan daarna natuurlijk ook aan u zullen laten zien.
Van de zijde van het GPV wordt gesteld dat de milieuzaken natuurlijk een
inspanning vragen van alle betrokkenen. Er zijn een aantal categorieën
genoemd. Uiteraard denk ik dat wij, zeker gezien de discussie rond het
milieu zoals die zich nationaal en internationaal op dit moment beweegt,
ervan uitgaan dat wij hetzij door voorlichting, hetzij door inspanningen
(er is nog een kleine tentoonstelling achter u ingericht) zullen proberen
anderen ook te betrekken bij zaken die het milieu betreffen.
Van de zijde van het CDA is gezegd dat wij bewuster zouden moeten omgaan
met kleinere zaken. Ik denk inderdaad dat het oude spreekwoord dat wie het
kleine niet eert, het grote niet weerd is, ook op het gebied van het milieu
een belangrijke zaak is. Wellicht geldt hier dat wij voor wat betreft het
kleine materiaal ook van mening zijn dat het ophalen van kleine batterijen
op een gegeven ogenblik een hele stapel oplevert. Dat geeft aan op welke
wijze er met dat materiaal is omgegaan en hoe je op die wijze de
verontreiniging zou kunnen tegengaan door ze op de juiste wijze op te
halen.
Het structureel maken van de capaciteit -en daarbij wordt waarschijnlijk
ambtelijk gedacht- is een zaak die het college gaarne van u overneemt.
De opmerkingen van de zijde van de PvdA dat wij in de achter ons liggende
tijd slecht met het milieu zijn omgegaan, denk ik dat in het algemeen toch
in grote lijnen wordt overgenomen. Duidelijk is dat wij landelijk, maar ook
plaatselijk wat dat betreft natuurlijk ook merken dat het hele gebeuren
rond het milieu steeds meer aandacht krijgt. Ik denk dat dat te maken heeft
met het bewustwordingsproces waardoor meerderen, of dat nu burgers zijn, of
dat het bedrijven zijn, of andere categorieën, zich ervan bewust worden dat
het op deze wijze doorgaan met milieuvervuiling toch tot ernstige situaties
aanleiding kan geven en dat men daar dus conclusies uit trekt.
Verder is gesproken, ook door de PvdA, over het betrekken van inwoners en
groepen bij de milieu discussie. Reeds bij het tot stand brengen van deze
milieu-notitie hebben wij gepoogd inwoners en groepen bewoners te
interesseren voor de discussie. Ik dacht dat wij daar in een vergadering
ter voorbereiding ook van deze avond toch een redelijk aantal burgers in de
zaal aanwezig hadden en dat deze burgers ook wel heel duidelijk hebben
gemaakt hoe zij dachten over het door de gemeente geproduceerde stuk,
daarmee aangevend hun belangstelling voor deze materie. Die reacties
druppelden zelfs ook daarna nog binnen.
Voor wat betreft de opmerking dat het stuk wat te ambtelijk overkomt,
hebben wij uiteraard ook onze conclusies getrokken. We zijn op dit moment
bezig een populaire uitgave voor te bereiden om de zaak dus ook onder de
bevolking op een wat minder ambtelijke wijze toch te verspreiden in de vorm
van een klein boekje. We zijn daarover aan het stoeien.
Dan is er gevraagd om met name de kwestie van het autoverkeer nog eens
aandacht te geven. Ik denk dat ik deze zaak nog eens in het college zal
bespreken, omdat door u wordt gevraagd om daar een notitie over te
schrijven. Uiteraard zal dat weer enige capaciteit met zich meebrengen. Ik
zal dat in het college aan de orde stellen.
De voortgang zou controleerbaar moeten zijn en daarvoor zouden bijvoorbeeld
halfjaarlijkse periodes moeten gelden om melding te maken van de voortgang.
Wij zullen in het college bekijken wat voor termijnen, daarbij uitgaand van
de door u gestelde termijnen, geschikt zijn om inderdaad die voortgang met
betrekking tot het milieugebeuren ook aan de raad te melden.
Voor wat betreft het minima-beleid denk ik dat ik in het college met mijn
e