22 oktober 1990 - 4 - bij de Provinciale Planologische Dienst met betrekking tot de le herziening van het bestemmingsplan Landelijk Gebied het definitieve einde betekent van een ruimtelijk beleid dat louter en alleen was gericht op de wens om onrendabele gronden in het buitengebied te exploiteren. In verband daarmee zijn de opmerkingen van de WD over zogenaamd hobbyisme van de P.P.C. werkelijk beneden alle niveau. We waarschuwen het college om niet in diezelfde denkfout te vervallen, want doorgaan op de oude weg zal voor Soest nog meer gezichtsverlies opleveren dan nu reeds het geval. In het kader van het te ontwikkelen landschapsbeleidsplan is het mede met het oog op het vele werk niet zinvol om de herziening nog eens over te doen. Het lijkt ons een goede zaak om in Utrecht te gaan praten over de mogelijkheid om met verwijzing naar een op basis van het landschapsbeleidsplan te ontwikkelen beheersplan, te volstaan met een globaal bestemmingsplan dat voldoende waarborgen biedt voor bescherming van het buitengebied. De gemeente Amersfoort heeft dat in samenspraak met de provincie ook gedaan voor het gebied Nimmerdor. Wat betreft het bestemmingsplan Nieuwegracht II geldt ook dat dit bij de provinciale planologische dienst heel erg slecht is gevallen. Het schijnt dat in het verleden is gesproken over de hockeyvelden als eventuele lokatie om verder uit te breiden na Nieuwegracht I. In ieder geval kwam in contact met ambtenaren bij de provincie naar voren dat men daar weinig voelde voor deze plannen in Soest. Ook in een gesprek met mensen van Stad en Landschap kreeg ik naderhand een bevestiging dat uitbreiding van het industrieterrein in de richting van de Dorresteinweg veel beter te verdedigen was dan de nu gekozen lokatie. Onze fractie verzoekt u daarom dringend om de procedure voor het bestemmingsplan Nieuwegracht II op deze lokatie stop te zetten en indien noodzakelijk ook in deze zich meer te voegen naar de adviezen van de provincie. Als Soest kunnen we ons mede met het oog op de toekomstige ontwikkelingen op de grens met Amersfoort, geen enkele misstap meer veroorloven. We moeten integendeel de komende jaren maar eens wat krediet zien te winnen bij de provincie, dat wordt de hoogste tijd. Wat betreft de andere bestuurlijke contacten zouden we willen horen van de wethouder voor milieuzaken en verkeer of er nog wordt gewerkt aan de totstandkoming van een regionale composteerinrichting en zo ja, hoever het daarmee staat. Wij hebben de indruk dat ook op dat vlak in de vorige raadsperiode nogal wat mis is gegaan, mede gelet op de geringe steun die Soest tot nu toe zowel uit de regio als uit de provincie heeft ontvangen voor het initiatief op de vroegere rioolwaterzuiveringsinstallatie in Soesterberg. Ook zou onze partij graag zien dat er in regionaal verband wordt gezocht naar een mogelijkheid van een overslagstation voor de afvoer van het niet- composteerbare huisvuil. Mogelijk zou dit over water kunnen gebeuren, wat in milieu-opzicht een grotere bijdrage zou leveren dan een reductie van het transporttarief en bovendien ook in dat opzicht wel eens gunstig zou kunnen uitpakken. Voorts zouden we graag zien dat de wethouder in de komende raadsperiode, naast aandacht voor een betere scheiding aan de bron, een campagne gaat voeren voor het terugdringen van de hoeveelheid afval. Dat zou goed kunnen in het kader van een verhoging van de afvalstoffenheffing. Wat betreft de structuurvisie en daarmee samenhangend de problemen op het gebied van de volkshuisvesting, zouden wij van de wethouder van ruimtelijke ordening graag een lijstje ontvangen met mogelijke en reële alternatieven voor het geval er niet tijdig gronden beschikbaar komen in het plan Klein EngendaalBlijft staan dat dit inderdaad voor onze fractie aanvaardbare lokaties dienen te zijn en niet mogen liggen in gebieden die landschap pelijke of natuurwaarden hebben. Wat betreft de bodemverontreiniging zijn we erg bezorgd over de afwachtende

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1990 | | pagina 265