24 oktober 1990 - 2 - dat dit zo wordt geregeld en er nog niet elk jaar gebruik van wordt gemaakt, omdat de raad in het algemeen continuering geeft aan een dergelijke cursus. De heer Krijger zegt: de 450.000,- dat u hebt staan in het rijtje van de verschillende plannen van aanpak, structuurvisie hoort daar niet thuis. Dat is juist, het is een nieuw bedrag. Het is een voorstel van het college, wij vinden namelijk als college dat dit natuurlijk toch moet gebeuren, er is niet aan te ontkomen. U kunt het ook zien als een uitwerking van het beleidsprogram, dat ook direct te maken heeft met de follow-up van de structuurvisie. Dat dan toevallig landelijk gebied op dit moment stokte, dat is een omstandigheid die dan toevallig op dit moment aan de orde was. Wij dachten daar snel op te moeten inspelen. Ik geef u wel toe dat het in principe het zo is, dat we dat misschien in een apart voorstel moeten doen en vervolgens dan in een rijtje zetten. Het is ook niet de bedoeling geweest om dit te camoufleren. Dan hebt u gezegd: die hondenbelasting, daar ben ik tegen. De WD is tegen verhoging van de hondenbelasting en zeker als dat bedoeld wordt om daaruit die milieucontroleur, die milieu-inspecteur te betalen. We hebben nu dus twee soorten inspecteurs. Inspecteurs die gaan kijken of er een hond is en een tweede inspecteur die gaat kijken wat de hond doet. Nu is het zo dat wij geconstateerd hebben dat de WD niet voor deze combinatie is, het verhogen van de hondenbelasting, om daar onder andere die inspectie op dat wat die hond doet, uit te betalen. Daar hebben we akte van genomen. Ik denk dat de standpunten over en weer duidelijk zijn. Dan krijgen we de verhoging van de afvalstoffenheffing. Daar is de WD tegen, althans er staat gewoon: wij zijn tegen afvalstoffenheffing verhoging, wij vinden namelijk dat er eerst maar eens aangetoond moet worden over die kosten, daar hebben we het al jaren over gehad, de kosten met betrekking tot het afvalstoffen ophalen, verwerken enzovoorts, is dat nou wel correct. Wij zien daar nog wel iets in om dat eerst te weten alvorens wij akkoord gaan met die inkomstenkant van dit gehele project. Daar zal mijn collega Swinkels wellicht zo nog op ingaan, ik kan u zeggen dat wij natuurlijk de vinger aan de pols houden. Ik mag misschien nu even overstappen naar wat de heer Pothuizen ook in dit kader naar voren heeft gebracht. Hij zegt: het kan zijn dat er straks voor wat betreft een onderdeel van de kosten die je moet maken voor ophalen, transporteren en verwerken een meevaller komt en dan zou je daar ook in het vooruitzicht moeten stellen dat die verhoging van 70,= Het college beseft dat dat een flinke verhoging is: 55% Je zou dan nu moeten zeggen, misschien dat we dat dan weer kunnen verlagen, op weg zijnde naar de 95% dekking in het afgesproken jaar. Wij vinden dat toch wat te riskant in dit verband. Dan kom ik bij de heer Boerkoel en ik dacht dat ook anderen daar even op getipt hadden, dat was het punt van de sport, die 120.000,- te besteden aan onderhoud. De herkomst van deze 120.000,- de helft zoals u weet van 240.000,- komt uit het veranderen van geldleningen van 11,5% Die hebben we in het verleden omgezet naar lagere percentages, waardoor er contant geld uit te voorschijn kwam. Dat is één bron. Dan hebben we ook nog de bron dat er herschikkingen plaatshadden binnen de sport. Dat is dus de herkomst. Voor wat betreft het waarvoor, daar hebben we het volgende te melden. Het komt erop neer dat wij dat wilden bestemmen voor renovatie grassportvelden, een bedrag van circa 75.000,- en wij zouden dat willen doen voor de renovatie sportvloer gymnastieklokalen. Dat waren posten die voorheen onderdeel waren van de reguliere investeringslijst. Deze 240.000,- hadden we dus ook eerder al gemeld als nog in te vullen onderdelen van investeringen binnen de investeringslijst. Wat dat betreft zou dat naar onze mening dan verantwoord zijn. Dan kom ik bij de heer Pothuizen, die voor wat betreft de werkgelegenheid

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1990 | | pagina 317