24 oktober 1990
- 77 -
Dan mevrouw Tomassen. Alle zaken die u hier opnoemt, die vindt het college
ook heel erg belangrijk. Sommige daarvan, zoals milieu-educatie niet door
bedrijven laten sponsoren, daarvan heb ik gezegd dat dat al wel gebeurt. We
hebben met name voor het boekje dat u zo goed vond bij de kwekerij getracht
sponsors te vinden. U hebt geluk gehad, dat is voor dat boekje niet gelukt.
Maar er zijn ook milieuvriendelijke bedrijven en we zien er streng op toe
dat we niet daardoor die bedrijven een handvat geven om hun voorschriften
niet na te komen.
Het klein chemisch afval. Ik heb het daar al even over gehad. Dat heeft
onze aandacht, we zijn daar op de afdelingen mee bezig, ook met de
milieuvoorlichterom daar toch iets meer aan te doen. Dus intensiveren van
het ophalen, dat kan ik u niet direct beloven, want we moeten dat gewoon in
een degelijk plannetje opzetten.
Dan een kreet naar mijn hart: het plastic in de kantine. Als ik hier tussen
de middag soms noodgedwongen en ook wel eens uit mezelf omdat ik het
gezellig vind binnen moet blijven, dan durf ik haast geen hap door de keel
te laten komen, omdat al dat plastic op de tafel ligt. Ik kan u vertellen
dat we met de actieVoorzitter, wilt u de orde even handhaven,
misschien?
VOORZITTER: Ik heb niet de indruk dat die verstoord is, gaat u gewoon door.
Wethouder SWINKELSDan heb ik graag een versterkte microfoon, als dat zou
kunnen. De plasticaffaire in de kantine zorgt zelfs dat ik de milieu
portefeuillehouders van het gewest niet uit durf te nodigen hier.
Dan de energiebeheersing. We hebben een nieuwe heer in huis, die dat
allemaal keurig kan bekijken.
De onkruidbestrijdingDaar bereikt u zeer binnenkort een nota over. Ik ben
blij dat u denkt dat we er al veel aan doen, want eigenlijk vonden we zelf
dat we er nog niet zoveel aan deden. Maar u krijgt daar bericht over.
Afvalpreventie, meer scheiden aan de bron. Het heeft allemaal de aandacht,
maar het kan niet allemaal ineens.
Naar bedrijven toe actie ondernemen. Het leeft. Incidenteel ben ik daar mee
bezig. Ik geef toe dat we het misschien moeten uitbreiden.
Wethouder MENNE: Voorzitter, ik wil even ingaan op de opmerkingen die
gemaakt zijn door de heer Pothuizen met betrekking tot het grondbedrijf. We
hebben inderdaad in het begin van het jaar een overzicht gegeven. Nu ligt
er dit overzicht. U zegt: daar zitten verschillen in. Maar u zegt tevens
dat er nog verschillen zouden zitten ten opzichte van een bepaalde datum,
12 oktober. In ieder geval, de verschillen die blijken uit februari en het
overzicht dat u nu hebt gekregen, daar hebben wij van aangegeven wat de
oorzaken daarvan zijn. Dat is de kwestie van de bodemsanering doorschuiven
en de zaak van de winst op het project Wostok. Ik zeg u toe, mijnheer
Pothuizen, dat wij in de commissie een afrekening, dus een exploitatie
resultaat op het eind van het jaar, krijgt. Zo spoedig mogelijk -want dat
kunnen we snel- na 1 januari maken we dat op en dan krijgt u dus voor 1991
een afrekening, een rekening met betrekking tot de verschillende
exploitatieprojecten, zoals daar staan Lazarusberg enzovoorts. Dat zeg ik u
dus toe
Voor wat betreft de motie denk ik, voorzitter, dat het goed is als wij even
schorsen.
VOORZITTER: Ik schors de vergadering even voor een kort college-overleg.
VOORZITTER: Ik heropen de vergadering.