20 december 1990
- 7 -
u in ernstige overweging willen geven ons toe te zeggen om daar op een wat
serieuzere wijze studie van te maken.
Heer B0ERK0EL (PvdA): Mijnheer de voorzitter, al bij de behandeling in de
commissie heeft de heer Meilof een zelfde verhaal gehouden. Het kwam
terecht op een magnetron en een koelkast. Iedereen kent het verhaal dat hij
heeft gehouden, want het heeft ook uitvoerig in de krant gestaan. Ik hoef
het dan ook helemaal niet met hem eens te zijn.
Ik kom even terug op het stuk zelf en uw schrijven naar aanleiding daarvan
van 14 december, waarin u zegt: als een artikel bijgesteld moet worden
volgens de norm zoals het VNG die geeft, dan kan dat eventueel ook
consequenties hebben. Dat was ons goed duidelijk, ook al bij de commissie
behandeling van dit agendapunt. Ondanks dat denk ik dat als je de
toelichting bekijkt bij het artikel waar ik het over heb, 17a, en de
managementuren die daarbij horen, dat als je zo'n kinderopvang goed wil
runnen -daar heeft de heer Meilof dan wel weer gelijk in- je ook een
hoeveelheid managementuren ter beschikking zult moeten stellen. Om nu in de
toekomst verzekerd te zijn van de mogelijkheid dat dat ook zo blijft,
denken wij dat het goed zou zijn om het juist wel op te nemen in deze
verordening. Ik zou dan ook willen pleiten bij deze raad om dat artikel
over te laten nemen in de verordening, zodanig dat het overeenkomt met de
norm zoals het VNG die stelt.
en
md
>reide
zen
zn dat
ien,
ir één
in
iaar
lien
t niet
:>m dat
j ammer
r het
Mevrouw VAN ECK (D66)Wij maken ons niet zoveel zorgen over de kwalijke
effecten van kinderopvang, gezien deze verordening die er ligt, waar heel
veel goede punten inzitten. Die garanderen een stukje meer de kwaliteit
voor ouders en kinderen dat de kinderopvang serieus aangepakt wordt. Wij
zouden echter ook graag zien bij artikel 17 dat het VNG- en het VOG-model
gevolgd wordt, omdat het iets meer zekerheid geeft aan het leiden van de
kinderopvang.
Heer KROL (CDA): Mijnheer de voorzitter, het gaat over de vaststelling van
de Verordening Kinderopvang. Een verdere inhoudelijke discussie over het
nut van de kinderopvang hebben we uitgebreid in de commissie mogen voeren.
U stelt een vraag eigenlijk in uw adviezen op de commissievergaderingen.
Dat gaat over artikel 17a. We hebben daar een afwijkende visie over als ik
dat zo bekijk in de richting van de heer Boerkoel. Het heeft namelijk wel
financiële consequenties, in tegenstelling tot wat de voorzitter van de
commissie toen heeft gemeld, als wij dat artikel zouden wijzigen. Het
betekent dat wij dat op dit moment niet zouden voorstaan, omdat wij vinden
dat financiële uitbreiding betreffende de kinderopvang op dit moment
eigenlijk niet het juiste moment is. Dat zou je moeten doen bij de
voorjaarsnota, dan wel bij de begroting, maar niet op dit moment. Dat wil
niet zeggen dat wij erop tegen zijn als er meer managementuren ter
beschikking komen voor de kinderopvang. Wij vinden alleen dat we het op dit
moment op deze plaats niet in zouden moeten brengen, maar omdat het om een
financieel gevolg gaat, dat zouden moeten doen bij de voorjaarsnota, dan
wel bij de begroting.
Mevrouw VAN GORKUM (GGS)Mijnheer de voorzitter, ik ben het niet eens met
de heer Krol. Ik ben van mening dat als we nu deze verordening wensen vast
te stellen, dat we ook de eventuele consequenties van artikel 17a daarin
moeten betrekken. Mijn fractie gaat daarin mee met de sprekers voor de heer
Krol, dat wil zeggen D66 en de PvdA, om wel die zaak op te nemen.
Mevrouw SPIJK (WD): Voorzitter, wij kunnen het voorstel van de heer
Boerkoel, mevrouw Eek en mevrouw Van Gorkum geheel en al steunen. Wij