18 april 1991
- 55 -
auto selectief leert gebruiken en als het dan nodig is om de auto te
gebruiken -dat is een kwestie van opvoeding, daar zijn wij het mee eens-
moet het wel een goede en betrouwbare, veilige, zo milieu-onvriendelijk, zo
min-gevaarlijk, zo min-belastend mogelijke auto zijn. Met de bonafide
autohandel in Soest nemen wij aan dat dat moet kunnen. Dus het is eigenlijk
niet meer dan de wasmiddelenreclame, de optische witmaker: mijn was is
witter dan de jouwe, mijn groene gras is groener dan jouw gras.
Waarom ik een beetje boos ben, of teleurgesteld, dat hangt er een beetje
van af hoe je ertegen aankijkt, is dat men aankomt met het argument van de
bodembescherming. Mijnheer de voorzitter, ik vind het zó lachwekkend om dit
argument erbij te betrekken, direct gekoppeld aan een verwijzing naar de
spottersplaatsDe spottersplaats ligt in een waterwingebied!
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF): Voorzitter, de twee laatste meningen die
vertolkt zijn, daar wil ik mij enigszins van distantiëren, omdat het toch
de suggestie geeft dat het echt absurd is wat de krappe meerderheid van B&W
had besloten. Het is helemaal niet absurd. Het is gewoon simpel zo dat een
evenement -noem het maar gerust wel een evenement, al wil mevrouw Swinkels
dat tegenspreken- een aantrekkende waarde heeft. Het heeft een waarde van:
je bent met elkaar met iets heel leuks bezig. Ik ben het heel gewoon eens
met deze krappe meerderheid van B&W dat we af moeten van de gedachtengang
dat het met onze auto's bezig zijn en weer een nieuwe auto kopen allemaal
in de sfeer zit van de leuke dingen die we doen. Het verkeer moet steeds
meer in onze samenleving de functie krijgen van het noodzakelijke waar we
niet onderuit kunnen en wat we zo weinig mogelijk moeten gebruiken.
Aan de andere kant zeg ik: er zit in dit besluit iets willekeurigs en
daarom ben ik hiertegen.
Heer POTHUIZEN (D66)Er mag misschien naar de opvatting van een aantal
partijen iets willekeurigs in het besluit zitten, dat neemt nog steeds niet
weg dat dat ons niet overtuigt dat wij voor het voorstel van deze twee
fracties zouden moeten stemmen. Simpelweg omdat het zo blijft dat in een
milieubeleid je probeert datgene na te laten wat de schadelijkheid
bevordert. Mobiliteitsgroei wensen we niet. We hebben wat dat betreft ook
niets tegen bonafide dealers, dat misverstand zal ook niet gerezen zijn,
maar dat sluit niet uit dat je ze niet de mogelijkheid biedt om op
gemeenteterrein te verkopen.
Heer ZWAANENBURG (CDA): Voorzitter, na een kort overleg met mijn
fractievoorzitter, die het daarmee eens was, wil ik op één punt nog
nadrukkelijk wijzen. Wanneer erkende BOVAG-dealers dergelijke shows houden,
dan zijn ze zeer nadrukkelijk ook in het belang van het milieu omdat juist
die shows -ik noem het dan maar weer geen evenement, dan ga ik die
woordenstrijd niet aan- en die inderdaad commerciële activiteiten met name
een wervende werking hebben op mensen die rijden in auto's waarvan het de
hoogste tijd wordt dat ze verdwijnen. Het is inderdaad eerder in het belang
dan in het nadeel van het milieu! Dit argument wordt schromelijk
onderschat
Heer WITTE (GGS) Voorzitter, dit lokt bij mij toch wel een reactie uit,
deze woorden van de heer Zwaanenburg. Het is natuurlijk ook zo dat zo'n
autoshow een wervende werking heeft op mensen die nu nog op de fiets
zitten. Vandaar dat wij echt tegen deze show zijn.
Heer ZWAANENBURG (CDA): Onzin hoor, mijnheer Witte.
Wethouder SWINKELSVoorzitter, even twee dingen. Een van de aanwezigen, ik