19 septe^>er 1991
- 14 -
gehoord de beraadslagingen
dat het voorstel tot grondruil met de Stichting Dierenasiel 't Hart
voor de realisatie van een nieuw asiel aan de Eemweg wordt ingetrokken
en verzoek het college van B&W
om zo snel mogelijk met een alternatief voorstel te komen, op een
andere lokatiedat geen schade doet aan de natuur en landschapswaarden
van Soest.
de fractie van Gemeentebelangen Groen Soest.
De motie is ondertekend door H.L. Witte, E. van Gorkum en J.B. van
Wuijckhuij se
Heer VERHEUS (CDA): Voorzitter, ik kan niet beoordelen wat voor spoedeisend
karakter aan het agendapunt 18 ten grondslag ligt. De heer Witte heeft nu
een motie ingediend en heeft voordat de motie werd ingediend een aantal
aspecten genoemd die voor zover mijn kennis strekt niet in de beraadslaging
betrokken hebben kunnen worden in de commissies. Is het mogelijk om het
voorstel zoals het er nu ligt een maand aan te houden? Of is dat absoluut
onmogelijk, om welke reden ook? Dat zou ik graag willen weten, voordat wij
over de motie een beslissing nemen.
VOORZITTER: Zoals u het nu vraagt, nadert het de richting van een
ordevoorstel. Het is misschien goed voor de duidelijkheid voor u allen dat
ik eerst wethouder Menne het woord geef om te reageren op met name het punt
of er onoverkomelijke bezwaren zijn om het aan te houden, zodat in de
commissie nog eens op de argumenten die met name de heer Witte noemt, kan
worden ingegaan.
Wethouder MENNE: Nauw verband met het vertrek van het dierenasiel is niet
de plek waar het dierenasiel op staat, maar dat is de omgeving. Een dicht
bebouwde, intensief bebouwde omgeving, daar gaat het om. Daar hebben we nu
al geluiden gehoord -en dat wordt regelmatig gevraagd- wanneer het
dierenasiel weggaat. Er is natuurlijk een geweldige lastbron aanwezig. Als
u zegt: technisch, een maand aanhouden, dat kan natuurlijk. Maar de haast
is onzerzijds daarin gelegen dat we de mensen natuurlijk zo spoedig
mogelijk verlossen van veel geluidsoverlast, want zelfs tot aan de
Pimpelmees komen klachten. Dat is de haast die erachter zit.
Heer VERHEUS (CDA): Voorzitter, ik beluister eigenlijk van de heer Menne:
nou, een maand aanhouden kan wel. Ik heb dat gevraagd, maar ik heb tevens
gevraagd of het absoluut noodzakelijk is dat in deze raad een beslissing
wordt genomen, los van de geluidsoverlast. Als het een maand aangehouden
kan worden, kunnen we alle andere aspecten die de heer Witte genoemd heeft,
mede bij de besluitvorming betrekken. Op die vraag zou ik graag ja of nee
willen horen.
Wethouder MENNE: Ik denk voorzitter, dat de raad daar natuurlijk alle
zeggenschap in heeft. We hebben natuurlijk alle informatie niet. Er wordt
gezegd dat het op een andere plek zou kunnen. Ja, het is altijd goed om
alle informatie te hebben, dus de raad zegt het maar in dit geval.
VOORZITTER: Wordt uw gevoelen gedeeld dat het wellicht verstandig is om het
nog een keer in de commissie te bespreken? Dan kunnen we met name op de
details ingaan. U hoort van de wethouder dat er geen onoverkomelijke
bezwaren zijn. Er zijn bezwaren vanuit de omgeving waar het dierenasiel
zich thans bevindt. Die heeft u nu gehoord en daar moeten we rekening mee
houden. We moeten ook oppassen dat het niet leidt tot een zodanig uitstel