23 oktober 1991 - 54 - nog eens te bespreken. Daar wou ik het even bij laten. Wethouder MENNEDe verschillende posten die in het totaal uitkomen op een betrekkelijk groot bedrag, zoals u gezien hebt, om hier nu vanavond al die onderdelen te bespreken. Kunt u zich erin vinden als wij, de raad gehoord hebbend, daar in de commissie per punt over gaan spreken en daarbij onderscheid maken inderdaad tussen dat wat 1992 betreft, 1993 enzovoorts, zodat er wat dat betreft duidelijkheid is? Ik besef zeker wel dat er vragen zijn op dit moment. Wij weten allen dat natuurlijk de werkgelegenheid een onderdeel is van het speerpuntentotaal van het gemeentebestuur 1990-1994. Wij zullen voor wat betreft deze projecten alleen die waartoe reeds besloten is, dat is te zien op bladzijde 2, maar voor wat betreft de zaken die nog moeten gebeuren, dat daar waar staat beschikbaar vanaf 1992 413.000,= dat die reeks van projecten pas gaat starten wanneer wij u daar een voorstel voor hebben gedaan dat.dan ook nader onderbouwd is. Ik zou dus in de commissie van november u dit als een apart agendapunt willen presenteren, waarbij wij dan de gelegenheid hebben om over de punten vanaf nummer 11 te spreken in de commissie financiën. Vindt u dat een goed voorstel? VOORZITTERKan de raad zich vinden in dit ordevoorstel? Heer BOERKOEL (PvdA)Mijnheer de voorzitter, met het voorstel om het bedrag als zodanig te oormerken voor werkgelegenheid, laat daar geen misverstand over zijn, hebben wij geen probleem. Alleen de invulling van de verschillende projecten, daar hebben wij twijfels over of dat de competentie van de gemeente is of niet. Als het dat wel is, dan wil ik graag met u van gedachten wisselen over de vraag of dat dan het project is waarbij een maximale werkgelegenheid naar voren komt. Ik denk dat het goed is wat de heer Menne zegt, de volgende commissievergadering financiën is denk ik over twee weken, dan zal het waarschijnlijk niet helemaal klaar zijn, dus in de commissievergadering daarna zal ik zeker graag met u daarover van gedachten wisselen. VOORZITTER: Kan de raad zich daarin vinden? Dan doen we dat zo. Mevrouw BLOMMERS (WD)Mag ik nog even zeggen dat ik het eens ben met wat de heer Boerkoel zei: ik heb geen moeite met het bedrag als zodanig voor werkgelegenheid. Wij hebben moeite met geen enkel bedrag voor werkgelegen heid, behalve als er naar onze mening geen behoorlijk plan onder ligt. Ik wil daarbij zeggen dat als ik nu akkoord ga met uitstel, dat het voor mij niet betekent dat ik het gehele bedrag blijf reserveren voor werkgelegen heid. Misschien zeg ik wel: die en die projecten vind ik prima en de rest stort u maar terug in de algemene middelen. Heer BOERKOEL (PvdA)Mijnheer de voorzitter, daar zou ik dan bij willen opmerken dat een van de speerpunten van dit beleid werkgelegenheid is, dus terugstorten naar de algemene middelen lijkt me geen goede zaak, dan zullen we als raad moeten zoeken naar projecten die de maximale rendementen aan werkgelegenheid bieden. Dus moeten we het geld op die manier ook beschouwen. Als we dat binnen één, twee maanden niet kunnen vinden, dan zou ik liever het geld een half jaar laten staan. Als zich dan een project voordoet waarbij maximale werkgelegenheid bevorderd wordt, dan zou je het op dat moment kunnen gebruiken. Als we het intussen weggegeven hebben, is er geen geld meer voor. VOORZITTER: Ik hoor dat de raad het bedrag voorlopig laat staan en dat de

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1991 | | pagina 373