21 november 1991 4 lang over spreken, ook in de commissie, met de bewoners samen, het college met de bewoners samen. Uiteindelijk bent u met een compromisvoorstel gekomen. Mijn fractie blijft bij wat we eerder hebben gezegd. Toen het ging om de vaststelling van het bestemmingsplan hebben wij een voorbehoud gemaakt op dit punt. Wij blijven van mening dat dit een goede lokatie zou zijn om sociale woningbouw te plegen en wij hebben dus vooralsnog geen behoefte aan de aanleg van de weg. Heer WITTE (GGS)Voorzitter, zoals we ook al in ons verkiezingsprogramma hadden staan, zijn wij tegen het aanleggen van deze verbindingsweg. De discussies met de bewoners/omwonenden en de ambtelijke adviezen die u ons heeft doen toekomen, maken voor ons temeer duidelijk dat deze weg er niet moet komen. We weten allemaal dat het aantal bouwlokaties dat we in Soest nog hebben, uiterst gering is. Of dat nog zal veranderen, dat zal in de toekomst moeten worden uitgemaakt. In ieder geval weten we wat we nu hebben. We hebben al eerder gesteld dat wij wensen dat de grond die we nog hebben voor dit soort zaken, voor het bouwen, op zo goed mogelijke wijze daar ook voor wordt bestemd. Vandaar dat het ambtelijk advies ons sterkt in het idee dat in dit gedeelte woningbouw zou moeten plaatsvinden, temeer daar op het moment dat de omwonenden hier aanwezig waren en wij in de commissie r.o. werden voorgelicht over een aantal verkeerskundige aspecten, wij alleen maar gesterkt werden in het idee dat wat dat betreft nog helemaal niets hard is en dat het ook nog wel eens een hele tijd kan duren voordat dat hard wordt. Wij denken dat deze lokatie uitermate geschikt is om woningbouw te plegen en dan met name, wat mevrouw Stekelenburg net ook al zei, gericht op de Soester bevolking, zijnde sociale woningbouw. Mevrouw TOMASSEN (PS)Voorzitter, ook Progressief Soest hebt u niet kunnen overtuigen van de noodzaak van die weg. Wij vinden ook dat daar een uitstekende plaats is voor sociale woningbouw. Wij willen toch bij u aandringen om vooral die grondruil met de heer Westeneng door te laten gaan. Want of er nou een weg komt, of dat die weg er niet komt, die grond zullen we nodig hebben. Ik vind dat deze familie al zolang in onzekerheid leeft nu, dat ik u zou willen verzoeken om die grondruil door te laten gaan. Ik hoop dat ik daarin de steun krijg van de rest. VOORZITTERDaar komen we in de raad van december op terug, zoals aangekon digd is. Heer JANSEN (D66)Voorzitter, conform wat wij ook in de commissie hebben gezegd, vinden wij ook op dit moment dat de weg in elk geval niet behoeft te worden aangelegd, ook niet moet worden aangelegd. Ik denk dat we het bestemmingsplan op dit moment niet moeten wijzigen. Er is nu binnen niet al te lange tijd een definitieve structuurvisie voor de toekomst. Als daaruit blijkt straks dat het definitief niet nodig is, dan kun je dat besluit nemen. Als het omgekeerd is, dan zou dat eventueel ook kunnen. Wij willen daar dus nu niet op vooruit lopen. Met andere woorden: het bestemmingsplan niet wijzigen en geen weg aanleggen. Heer KROL (CDA)Mijnheer de voorzitter, deze controverse speelt al vanaf het moment dat we het bestemmingsplan hebben trachten vast te stellen in de raad. In het bestemmingsplan is met alle mitsen en maren toch uiteindelijk die weg opgenomen. U stelt ons nu voor die weg in het bestemmingsplan te houden, ja of nee. Het gaat er dus vanavond ook niet om, zoals de heer Witte hier aan de orde stelt, of die weg er wel of niet moet komen. De vraag die u ons heeft voorgelegd middels de brief die wij van u gekregen hebben is of we het bestemmingsplan moeten wijzigen ja dan nee. Mijnheer de voorzitter, de CDA-fractie heeft ook bij de vaststelling van het bestem mingsplan vorig jaar oktober al duidelijk gemaakt dat die weg in het bestemmingsplan opgenomen dient te blijven. Waarom? Mijn buurman, de heer Jansen, heeft het al heel duidelijk verwoord: in het licht van de struc-

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1991 | | pagina 397