t 3p dat Lk de it dat je c zou ster ter, st hebben mg voor om ij zullen en op het zou ren hun Ik zou bespreken in het licht van de structuurvisie. Mogelijk dat we dan op een aantal punten nog terug zullen moeten komen, omdat we met elkaar zullen moeten praten of we uit een oogpunt van redelijkheid en rechtvaardigheid naar onze burgers toe misschien nog verdere maatregelen zullen moeten treffen of niet. Maar dat moeten we in ieder geval met elkaar bespreken. In dat licht valt ook de opmerking van mevrouw Stekelenburg te bespreken, waarin zij de vraag oproept of ook de termijn waarop de vruchteloze aanbieding geldt, die twee maanden, niet opgerekt zou moeten worden naar een langere termijn. Ik denk dat het wat dat betreft altijd een weging blijft tussen de mogelijkheden van individuen en de redelijkheid van eisen die de gemeenschap kan opleggen. Ik denk dat het een van de volgende punten is die we in het licht van de structuurvisie met elkaar zouden moeten bespreken als het erom gaat het concrete beleid vorm te geven, nadat we in algemene zin hebben geprobeerd conclusies te trekken. Want daar zal het uiteindelijk toch op aankomen, willen we het beleid dat we op papier hebben gezet ook handen en voeten kunnen geven. Op dit moment meende het college die stap nog niet te moeten maken. Er is nog onvoldoende reden toe. We menen dat er in het totaalpakket van de structuurvisie eerder een moment is om erop terug te komen. Om nog even terug te komen op de heer Krijger, hij roept ook het element van belemmering bij de verkoop op. Ja, ik denk dat het bewust de bedoeling is om de belemmering die tot nog toe geldt tot 172.000,= te verhogen tot de categorie die tot 2,5 ton wil kopen of verkopen. Dat is een bewuste beleidsmatige keus die inderdaad op grond van de woningmarktsituatie beargumenteerd kan worden met de bedoeling om zoveel mogelijk -ook- koopwoningen toe te laten gaan naar die burgers waarvan wij vinden dat ze daar in de eerste plaats voor in aanmerking moeten komen. Ik denk dat terecht ook is gezegd: als we die maatregel treffen, dan zijn we ook goed in staat om daarna te analiseren wat het feitelijke effect is. Mochten we tot de conclusie moeten komen dat we dachten dat het zinvol was, maar dat de feiten dat niet staven, dan moeten we erop terugkomen. Dat lijkt me uitermate logisch. We zullen er dan ook voor zorgen dat dat inzicht er ook komt, zodat we dat met elkaar kunnen bespreken. Heer KRIJGER (WD)Mijnheer de voorzitter, het antwoord van het college via de heer Kingma heeft ons overtuigd dat voor een belangrijk deel politieke argumenten de doorslag hebben gegeven. Dat kan, dat zal wel vertaald worden in een stemming, maar wij hebben geprobeerd ons te baseren op wat wij noemen een a-politieke commissie, de commissie woonruimte verdeling. Waarom? Die commissie is aangewezen om zonder politieke of persoonlijke invloeden toe te wijzen. Die commissie weet precies hoe de markt in elkaar zit, hoe die werkt. Daar gaan wij van uit, want veel stukken die men produceert, gebruikt het college en dus ook wij bij de meningsvorming, de oordeelsvorming. Zij kunnen aangeven wat van belang is. Wij zijn dan nu, zoals het eruit gaat zien, tegen uw voorstel. Er zijn een aantal belemmeringen aan toe te voegen, aan te geven is onder andere de periode van vruchteloze aanbieding, wat kan betekenen een langere duur van de verkoopperiode. We praten over een klasse waar de belangstelling veel minder voor is en dat wil dus zeggen dat het alleen maar langer gaat duren. Dat belemmert de mobiliteit, c.q. doorstroming, twee elementen die wij ook van belang vinden voor een goed functionerende woningmarkt, waarbij we niet uitgaan van eilanddenken voor Soest. Een andere overweging: wij denken nu al dat het zo moeilijk is om alles goed te controleren, maar we nemen aan dat juist in deze markt ook dat controleren van hoe lang geldt het nou precies? een hele hachelijke zaak wordt. Regelingen invoeren waaraan men kan ontsnappen, vinden wij eigenlijk onbehoorlijk, dat hoort niet. Je gaat burgerlijke ongehoorzaamheid creëren. Dat gebeurt met een regeling die men eigenlijk niet aanvaardt in de werkelijkheid. Wij zijn dus tegen. VOORZITTERWethouder Kingma nog behoefte om te reageren? Niet. Mag ik dan constateren dat de raad met het voorstel kan instemmen, met de aantekening dat de WD-fractie geacht wil worden tegen dit voorstel te zijn? - 20 - 21 november 1991 - 21 nt van s ik de nt dat er bent u en :e ton. l te 1.000,= rond van ren vorstel trekken .len 50.000,= zoveel uw rollege .ijke .ch .jk heeft .e noemen naken tot wat je die ermee /oorstel ndat in 2,5 ton zelfs al beperkt igen dat danig ker op wat en. Juist isvesting, treft dit en

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1991 | | pagina 414