12 oktober 1992
- 22 -
het in Soest langzamerhand een genoegen is voorlichtings- en inspraakavonden
te organiseren.
D66 kan ik toezeggen dat wij van plan zijn de structuurvisie-afspraken
voortvarend en gecoördineerd aan te pakken. Daar vroeg u naar.
Over de bevordering van ecologisch bouwen. In de bouwverordening zijn
ingevolge de nieuwe Woningwet geen eisen te stellen aan de toepassing en
verwijdering van materialen. Naar aanleiding van het project integratie
milieubeleid, het milieubeleidsplan en de structuurvisie, wordt er een nota
ecologisch bouwen voorbereid. Deze nota moet een functie vervullen voor alle
woningbouwlocaties die zijn aangewezen in de structuurvisie, met name zal in
de nota aangegeven worden in welke fase van het planningsproces welke
instantie het initiatief moet nemen om in het uiteindelijke resultaat een
doelstelling van ecologisch bouwen te bereiken.
Over de ontsluiting van de woningbouwlocatie Braamhage, mijnheer Jansen, de
ontsluiting van het project moet nog worden onderzocht. Jammer genoeg kan op
het ontwerp nog geen voorschot worden genomen, omdat pas in een later stadium
alle aspecten kunnen worden onderzocht die nodig zijn voor een goede
afweging
Dan maakt D66, voorzitter, een opmerking over artikel 19 procedures. De
ervaring leert dat het niet uitmaakt of er sprake is van een nieuw
bestemmingsplan of van een oud bestemmingsplan. Er komen verzoeken om
toepassing van artikel 19Bovendien leert de ervaring dat het niet uitmaakt
waar de grens gelegd wordt. Er zijn altijd verzoeken die de gestelde grens
overschrijden, waar die grens ook ligt. Een herdefinitie van bestemmingen zal
naar ons oordeel daarom niet het beoogde effect hebben. Op grond van de wet
moet elke bouwaanvraag die in strijd is met het bestemmingsplan beschouwd
worden als een verzoek om vrijstelling artikel 19.
Heer JANSEN (D66)Voorzitter, mijn vraag was er ook op gericht om minder
kwantitatieve grenzen te stellen, maar de doelstelling kwalitatief te
definiëren, omdat inderdaad waar je hem ook legt er altijd een afwijking is,
maar opdat je kwalitatief op de doelstelling kunt beslissen. Dan heb je dat
artikel minder vaak nodig.
Wethouder VISSER: Toch ligt het iets genuanceerder dan u stelt in uw verhaal,
mijnheer Jansen, noemt het getal van 266. Ik verwijs u nog eens naar het
overzicht van bouwplannen dat ik voor u ter inzage heb gelegd. Dan merkt u
dat er ook een aantal artikel 18a, artikel 50, artikel 302 zijn. En -ik geef
het toe: het is veel- artikel 19, dat zijn er toch altijd nog 93. Maar ik heb
u net uitgelegd, dat altijd aanvragen binnen zullen komen die zullen afwijken
van het bestemmingsplan. Het gemeentebestuur bepaalt uiteindelijk zelf
hoeveel vrijstellen artikel 19 metterdaad verleend worden.
Over wonen in de regio, in Soest zal het accent gelegd worden op marktconform
bouwen. Per jaar zal aan de hand van de volkshuisvestingsnota bekeken moeten
worden hoe de verdeling tussen de verschillende behoeftencategorieën ligt.
Deze vraag wordt eveneens op regionaal niveau voorbereid. Voor het in stand
houden en verbeteren van de bestaande woningvoorraad is in het kader van de
stads- en dorpsvernieuwing een planning opgesteld, die jaarlijks aan de hand
van het volumebesluit wordt bijgesteld.
Het college is het met mevrouw Tomassen eens dat de structuurvisie het jaar
2010 moet halen en hoopt met Progressief Soest dat alle partijen zich er ook
aan zullen houden. Over het maken van nieuwe nota's, mevrouw Tomassen, zal de
burgemeester antwoorden.
De heer Meilof begint met een psalm en de psalmist eindigt dan volgens deze
tekst: "Aan de mensen die hij liefheeft, geeft de Heer wat nodig is, zelfs
als ze slapen." Maar slapen doen we niet, mijnheer Meilof. Ik zou daar
Spreuken 6 tegenover willen stellen, vers 4: "Gun uw ogen geen slaap en uw
oogleden geen sluimering, red u als een gazelle van de vangst, als een vogel
uit de hand van de vogelaar. Ga tot de mieren, gij luiaard, zie haar wegen en
word wijs." En vers 9: "Wanneer zult gij opstaan uit uw slaap? Daar komt uw
armoede over u als een snelle loper." Wat u zegt, is iets anders dan Soest
nu: wij maken wel even plannen voor de toekomst. Nou, dat woordje "even" dat
is natuurlijk onterecht, maar plannen voor de toekomst moeten er altijd
gemaakt worden.
De heer Meilof constateert dat de openheid naar de burgers is toegenomen en
de informatie naar de burger toe helderder is geworden. Dat is juist, wij