19 maart 1992
- 18
dat het behouden moet blijven, zeker dat deel dat in gemeentehanden is.
Vandaar dat wij ons dus achter de opmerkingen van de heer Van Logtenstein
stellen, dat het grondbedrijf hier de pot is waaruit het zou moeten worden
gehaald. Wij vinden het niet zo'n goed idee om het uit het groen te doen.
Daar is inderdaad een kleine reserve opgebouwd, maar wij vinden het niet
terecht om dat nu maar voor dit gedeelte te gaan gebruiken. Wij denken dat
het meer in de logische weg ligt om dat toch te doen volgens de methode die
het CDA voorstelt. Dus, op de manier zoals het hier voorligt, de financierim
die u eraan geeft, kunnen wij niet akkoord gaan met dit voorstel.
Wethouder MENNEVoorzitter, enkelen van ons herinneren zich nog hoe jaren
geleden over hetzelfde pand ook uitvoerig is gesproken, meerdere malen in
commissies en raad. We hebben aan de belendende percelen toen, in de jaren
zeventig, vele tonnen verspijkerd. Veel hebben we daarvoor over gehad. We
staan nu voor een eventuele afronding. Daar kunt u het niet mee eens zijn. Ilj
heb de vriendelijke woorden van mevrouw Blommers goed begrepen en ik heb ook
de bezwaren met betrekking tot de financiering goed begrepen. De heer Meilof
heeft voorgesteld om het dan toch nog eens wat de financiering betreft te
bespreken in de commissie financiën. Voorzitter, ik ben daar graag toe berei:
natuurlijk, er moet geen misverstand zijn. Als wij spreken over het
Geiteweitje, dan hebben we dat gedaan een beetje op instignatie van de
commissie financiën, die toch heeft gezegd: wij zijn eigenlijk tegen, tenzij*
u het uit groen betaalt. Dat was zo'n beetje de gedachte. Het CDA heeft ook
nu gezegd: wij vinden toch uit het grondbedrijf, dat is het ordelijkst. Het
Geiteweitje behoort tot het grondbedrijf, dat is natuurlijk zo. Echter, de
realisering, daar moet u vertrouwen in hebben, dat wij inderdaad op korte
termijn daar toch de nodige revenuen uithalen, meer dan voor dat plan aan
kosten wordt uitgegeven. Men moet dan ook wat risico nemen. Kijk, ik denk,
voorzitter, dat het goed is om voor wat betreft de financiering als we dat
nog eens even precies op een rijtje zetten. Maar anderzijds weten we ook dat
er een risico aan vastzit dat de verkoper zegt: het wordt mij te riskant, ik
heb andere kopers. Dan zullen we moeten afhaken. Dat zou ook kunnen. Dus ik
stel u toch even voor de keuze. Ik begrijp dat u in beginsel toch in
meerderheid -als ik dat even zo positief mag inschatten- vóór koop bent op
dit historische moment, voor deze historische plek, maar dat u zegt: we
hebben vraagtekens voor wat de financiering betreft. Kunnen we het zo doen:
we hebben als commissie financiën aanstaande donderdag een vergadering, 26
maart, dat we dan even onder de vooronderstelling dat we het eens worden in
meerderheid over de financiering, dat we nu zeggen: in beginsel akkoord en
het kan nog afspringen op de wijze van financiering. Dat zullen we dan nog
de commissie financiën bespreken. Voorzitter, misschien dat op deze wijze
toch op een korte termijn tot een afronding kan worden gekomen.
Heer BOERKOEL (PvdA)Mijnheer de voorzitter, mag ik alvorens u misschien
gaat antwoorden, dit opmerken: u tikt elke keer -en terecht- op grond van he
reglement van orde mensen terug van "ho, niet in twee instanties", "ho, dat
is een ordevoorstel, dat kan helemaal niet". Dit is een voorstel dat helemas
niet kan. Terecht, als het college zegt: we komen met een nieuwe
financiering, dan neemt u het gewoon terug en dan praten we er in de
commissie financiën over.
VOORZITTER: Wat de wethouder geantwoord heeft, dat kan wel, dat past binnen
het reglement van orde en de beantwoording van de door u gestelde vragen. Er
zijn kritische opmerkingen bij de verschillende onderdelen van dit agendapur
gekomen, de wethouder gaat daarop in en komt met een voorstel. Toch zou iks
willen voorstellen deze zaak niet uit te stellen. Ik laat even in het midder.
wat u beslist, maar u moet vandaag wel de beslissing nemen of we dit pand
kopen of niet kopen. U kunt tegenover degenen die hiermee belast zijn niet
langer deze zaak uitstellen, dan lopen wij het risico -dat moet u beoordeler.
of dat een aanvaardbaar risico is- dat een ander met dit pand er vandoor
gaat. Dus ik stel voor deze zaak -als ik u zo hoor- dat we het gewoon ten
laste van het grondbedrijf brengen, dat is gebruikelijk dat we dat doen en
dat u dan vanavond besluit tot aankoop van het pand, als u zich daarin kunt
vinden, uiteraard.
Mevrouw BLOMMERS (WD)Voorzitter, wij gaan niet akkoord met dit voorstel.