8 juli 1993
- 29
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Voorzitter, mag ik dan interrumperen? Doen we dat
vaker, als we gaan onderhandelen en we gaan een stuk grond kopen, zeggen we
dan: nou, in ieder geval twee miljoen hebben we ervoor over en we weten dat
het ongeveer anderhalf miljoen moet gaan kosten? Ik weet niet of het echt
heel zakelijk is.
Mevrouw TOMASSEN (PS) Dan hoef je niet meer te onderhandelen!
Mevrouw BLOMMERS (WD) Voorzitter, mag ik dan ook even interrumperen?
VOORZITTER: Ik stel voor dat we de discussie afronden. Ik breng het
amendement in stemming. Er staat gewoon wat er staat, en ik vraag nu een
uitspraak van u of u voor of tegen het amendement bent
Mevrouw BLOMMERS (WD)Voorzitter, mag ik toch nog even? Iedereen heeft
mogen interrumperen, maar deze kant van de tafel niet. Ik zou graag degenen
die zeggen: onderhandelen, erop willen wijzen dat er heel nadrukkelijk staat
onder d. dat er goede informatie moet komen. Het is niet de bedoeling om een
cent teveel te geven, maar het is de bedoeling om de salarissen van degenen
die er nu werken voor de periode dat we aan het onderhandelen zijn veilig te
stellen. Alles blijft open, er wordt geen enkele verplichting aangegaan. In
die zin heeft de heer Jansen gelijk, dat het heel erg lijkt op de helft van
de salarissen, maar dat klopt ook, want het gaat over de helft van een jaar.
Ik ben het met u eens als u zegt dat er moet worden onderhandeld, maar je
kunt niet onderhandelen over landelijk bindend verklaarde CAO-verplichtingen
op het moment dat die al in werking zijn. Dus in dit geval is het een
noodverband, zo moet u het zien.
Wethouder MENNE: Maar dat onderhandelen heeft toch geen zin als u eerst een
zak met centen op tafel zet? Dat is toch geen wijze van werken? Dat hebben we
nog nooit gedaan.
Mevrouw BLOMMERS (WD)Ja, Maar we onderhandelen ook niet over uw salaris,
we nemen u toch gewoon aan op basis van een salaris dat landelijk is
vastgesteld? Daar onderhandelen we ook niet over.
Heer JANSEN (D66)Voorzitter, ik zou het amendement kunnen steunen als er
staat: eenmalig een bedrag ter beschikking te stellen, zonder het bedrag te
noemen. Dan moet er inderdaad onderhandeld worden. Ik denk dat er dan een
meerderheid is.
Heer BOERKOEL (PvdA)Ja, maar dan kan het dus ook meer worden, mijnheer
Jansen en wat ik juist heb proberen te zeggen is: laten we dan lezen dat het
tot een maximum is.
VOORZITTER: Mijnheer Boerkoel, wilt u via de voorzitter spreken?
Heer BOERKOEL (PvdA)Neem me niet kwalijk, voorzitter. Ik zou de heer Jansen
willen zeggen: laten we toch vooral erop wijzen dat het maximaal 40.000,=
moet zijn. Laten we dat toch wel vasthouden, want anders krijgen we een open-
eind- constructie waar ik helemaal niet gelukkig mee zou zijn.
VOORZITTER: Goed, u laat het zo staan en ik ga het nu in stemming brengen.
Wilt u zich uitspreken of u voor of tegen het amendement bent?
de heer Kingma, tegen; de heer Boerkoel, voor; mevrouw Tomassen,
tegen; de heer Van Wuijckhuijse, voor; de heer Krijger, voor; de heer
Meilof, tegen; mevrouw Van Eek, tegen; de heer Jansen, tegen; mevrouw
Spijk, voor; de heer Menne, tegen; de heer Visser, tegen; mevrouw Van
Gorkum, voor; de heer Witte, voor; mevrouw Swinkels, tegen; de heer
Blaauw, voor; de heer Verheus, tegen; de heer Van den Deijssel, voor;
de heer Krol, tegen; de heer Van Logtenstein, tegen; mevrouw Gerritse,
tegen; de heer Zwaanenburg, tegen; mevrouw Stekelenburg, voor;
mevrouw Blommers, voor.
de heer Plomp was tijdens de stemming niet in de raadzaal aanwezig.