13 oktober 1993 - 30 - Motie nummer 16. De raad van de gemeente Soest, in vergadering bijeen in oktober 1993, gelezen de beleidsbegroting 1994 en meerjarenbegroting 1994 t/m 1997; overwegende dat in het jaarprogramma 1994 van WELzijn zal ons een ZORG zijn op het gebied van Kunst en Cultuur de kunstzinnige vorming op basisscholen een belangrijke plaats inneemt; dat naast alle vormen van onderwijs voor kunstzinnige vorming eisen gesteld worden aan het onderwijzend personeel; besluit voor de kunstzinnige vorming op basisscholen een bedrag uit te trekken van circa 8.000,= per jaar; dat de dekking komt uit een geringe verhoging van de OZB; en gaat over tot de orde van de dag. Namens de fracties D66: L. Jansen, PS: L. Tomassen en PvdA: C. Boerkoel. VOORZITTER: Zie ook motie nummer 30 staat erbij, maar dat is inmiddels achterhaald, begrijp ik. Mevrouw BLOMMERS (WD)Voorzitter, als u zoekt naar het tweede deel van de oorspronkelijk ingediende motie, dan moet ik u vertellen dat dat er niet is. Wij hebben motie nummer 30 gewijzigd in een gedeelte van financiële aard en een gedeelte van inhoudelijke aard betreffende Radio Soest. Ik kan het misschien gelijk koppelen aan een stemverklaring over de motie die hier voorligt. Wij hebben ons gedeelte van de motie ingetrokken omdat wij hebben begrepen dat er op het ogenblik ook andere geldstromen worden aangeboord. Dan denken wij dat als het op deze manier gaat, het niet nodig is gemeenschaps gelden hiervoor beschikbaar te stellen. Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Voorzitter, dit is een zaak die ongeveer jaarlijks terugkomt op een of andere wijze. Ik ben daar steeds tegen en ik wil nog even expliciet zeggen waarom. Ik ben een groot voorstander van aandacht voor cultuur en kunst binnen de scholen, alleen ik vind het niet nodig dat je daar specifiek geld aan toerekent. Dat kan gewoon binnen het budget, dat is alleen een kwestie van herschikking en iets belangrijk vinden of niet belangrijk vinden. Als de scholen het kennelijk niet zo belangrijk vinden, dan moeten wij niet als overheid zeggen dat wij het zo belangrijk vinden dat we daar apart geld voor geven om dit toch te kunnen doen. Dat vind ik gewoon een vreemd verschijnsel. VOORZITTER: Dus, de woorden: zie ook nummer 30 komen te vervallen na hetgeen mevrouw Blommers heeft gezegd. Blijft over motie nummer 16. CDA: 8 stemmen tegen, WD: 6 stemmen tegen. GGS: 3 stemmen tegen. PvdA: 3 stemmen voor. D66: 3 stemmen voor. PS2 stemmen voor. GPV/SGP/RPF: 1 stem tegen. Dan is deze motie met 18 stemmen tegen en 8 stemmen voor verworpen. Aan de orde is motie nummer 17 van CDA, D66, PS en PvdA betreffende OZB. Motie nummer 17. De raad van de gemeente Soest, in vergadering bijeen in oktober 1993, gelezen de beleidsbegroting 1994 en meerjarenbegroting 1994 t/m 1997; overwegende dat het college en de gemeenteraad hebben afgesproken dat de begroting sluitend moet zijn; dat de Onroerend Zaken Belasting een algemeen dekkingsmiddel is, die niet wordt verhoogd als niet aangetoond wordt dat het nodig is voor de gemeentebegroting; dat deze verhoging 1,75% mag bedragen, hetgeen nodig is om de structurele tekorten te dekken; dat deze verhoging voor een huis met een economische waarde van 100.000,= maar 3,15 is; dat dit voor een huis met een economische waarde van 200.000,= maar 6,25 is en voor een huis met een economische waarde van 300.000,= maar 9,36; besluit de Onroerend Zaken Belasting met 1,75% te verhogen, om structurele tekorten te dekken;

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1993 | | pagina 280