27 mei 1993 4 college, dat toen in de structuurvisie een aantal fondsen werd aangegeven, dat bekend was wat ermee zou gebeuren. De gewoonte van deze raad is dat we graag willen weten wat voor deze aanzienlijke bedragen gaat worden gedaan. Vraag C. het promotiebudget, is dat inderdaad 150.000,=? daar is geen antwoord op gegeven. Het stond, zegt het college, in het verhaal van 14 oktober 1992. Nou, als daarin stond 150.000,= voor stickers en poster waarvan iedereen vraagt: is het nou voor Linera of voor iets anders? dan neem ik aan dat gereageerd was. Dus dat heeft naar onze mening ook niet zo gestaan in de voorzieningen die zijn aangegeven op 14 oktober. Punt E. is nagestreefd om het openbaar vervoer toegankelijk te houden? Soest gaat er prat op, althans een aantal mensen gaat er prat op, dat wij voorop lopen en zelf voorzieningen nastreven die andere overheden, c.q. andere instanties niet aanbrengen. Als wij op eigen initiatief -en met wij bedoel ik dan Soest in het algemeen, niet ieder persoonlijk- een aantal zaken naar voren willen halen om een buspromotieplan te gaan maken, ik heb het dan niet voor de reclame daarvoor, dan neem ik aan dat wij alle consequenties ook afwegen. Als dan ingesproken wordt, wat de mensen nog wel doen, maar ik neem aan dat dat minder gaat, als een Anbo zeer nadrukkelijk vraagt om een voorziening, en dan ook toegezegd wordt om te kijken en als je dan later informeert in met name de commissie welzijn, die dan toegespitst moet zijn op de toegankelijkheid, ja, dan is er wel wat gezegd, maar daarna: einde verhaal, radiostilte. Het is dan ook nogal een leuterverhaal, om een helder Nederlands woord te gebruiken, als u zegt: ja, dat doen we toch allemaal! Nee, u doet het dus niet. Dan komt er op een gegeven moment de vraag: zijn er nog voorzieningen mogelijk? "Ja, de NS heeft het niet gedaan"Dat is nu net de bedoeling: wij zijn verantwoordelijk voor een belangrijk deel voor de voorzieningen die wij willen invoeren voor het welzijn van Soest. En daar komt geen antwoord op Ik ben nieuwsgierig wat andere fracties vinden van deze handelwijze van het college, van deze beantwoording van de vragen. We zullen ons nader beraden, want, zoals gezegd, vragen stellen heeft inderdaad zelf een beperkte rol, maar daarna weer wel Heer BOERKOEL (PvdA)Mijnheer de voorzitter, de antwoorden op deze vragen, die had ik wat helderder verwacht en met meer omschrijving. Ze stellen me wat teleur. Maar diezelfde teleurstelling had de fractie van de Partij van de Arbeid al eind januari. Eind januari stuurden wij het college een brief of, gezien de informatie die op dat moment op ons afkwam, het niet zinnig zou zijn om nog eens een heroverweging te doen. Wij meenden dat te kunnen doen op grond van het feit -ik citeer uit de brief-: "wij menen dit te mogen vragen, omdat wij bij de structuurvisie waarschuwden voor eventuele verkeersproblemen en dan ook tegen gestemd hebben en u op 14 oktober -de vergadering waar de wethouder zo straks op doelde- onder voorwaarden het openbaar vervoerplan van start lieten gaan." Een van die voorwaarden was bijvoorbeeld een goede oplossing voor de overstappunten en een goede oplossing voor Soestdijk-oost Van beide hebben wij de indruk dat het niet het optimale is. Ik kom terug op het overstappunt, als ik dan kijk naar de vraag die de Anbo gesteld heeft -en een andere vraag wordt hier ook in genoemd- en ik zie dan het antwoord van het college, toen aan de Anbo gedaan: "nagegaan zal worden of niet tenminste één toegangstrapje in twee gedeelten of in ieder geval met diepere treden kan worden uitgevoerd" en ik hoor dan nu het antwoord van het college: ja, het was een investering voor de NS en die hadden geen geld, want er was een investeringsstop, dan denk ik: ik begrijp het allemaal niet. Ik vind de antwoorden mager. Ik weet niet of ze té mager zijn, maar als ik dan kijk naar vraag F, waar wij u twee maanden geleden ook al vragen over hebben gesteld, over Molenschot, dan luidt het antwoord: "het was ook voor ons onwenselijk, maar het was door het busvervoer niet meer in te passen". Dan had u -en dat hebben wij toen ook gevraagd- misschien, door het feit dat we ruim twee miljoen geven aan het totaal van het opzetten van het busplan, tegen de busvervoerder moeten zeggen: we willen dat graag doen, we willen graag komen tot een goede oplossing met betrekking tot de bussen, maar u moet wel aan een aantal voorwaarden voldoen. Die voorwaarden waren u toen ook meegegeven. Ik vind het daarom jammer dat er op zo'n magere manier geantwoord wordt Heer LOKKER (CDA) Voorzitter, eerst punt D. Het antwoord is ons absoluut

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1993 | | pagina 95