26 mei 1994
- 21 -
Hfisr BOERKOEL (PvdA)En een glas witte wijn erbij, is
VOORZITTER: Het woord is aan de heer Witte als lid van de beroepschriften
commissie
Heer WITTE (GGS)Voorzitter, de heer Glastra brengt een aspect naar voren
waarvan hij meent dat de commissie daar niet voldoende bij heeft stilge
staan. Ik moet zeggen, in de commissie zaten op dat moment de heer Ebbers
en de heer Verheus, beiden uit Soesterberg afkomstig. We hebben met nadruk
ook stilgestaan bij de verkeersaspecten, we hebben unaniem gemeend dat we
te maken hadden met een verblijfsgebied, dat er in de commissie financiën
was vastgesteld dat er een beleid zou zijn om de standplaatsen te wijzigen
om een relatie tussen het winkelgebied en de ambulante handel te verster
ken. We hebben ook stilgestaan bij het aspect dat mevrouw Stekelenburg naar
voren brengt, de vislucht, daar is uitgebreid op ingegaan. Naar mijn mening
zijn de zaken die hier naar voren zijn gebracht heel uitdrukkelijk in de
commissie aan de orde geweest. We gaan er ook van uit dat er een advies van
de afdeling wegen, riolering en verkeer aanwezig was op dat moment over de
standplaatsen. Het is niet zo dat de commissie voor de beroepschriften die
plaats heeft vastgesteld, die was ambtelijk geadviseerd, nadat de Van der
Griendtlaan om andere redenen blijkbaar niet zo'n goede suggestie was, met
name vanwege het opgeven van een aantal parkeerplaatsen die we in andere
zin al in de commissie financiën hadden afgedwongen bij de supermarkt die
daar zit. Als de raad in meerderheid zou willen dat de commissie zich er
nog een keer over gaat buigen, dan moeten we ons daarbij neerleggen, maar
aan de andere kant wil ik wel naar voren brengen dat de aspecten die hier
vanavond naar voren worden gebracht heel duidelijk en uitgebreid aan de
orde zijn geweest. Ik denk dat het wat dat betreft weinig zinvol zou zijn.
VOORZITTER: Ik zou daar graag bij willen aansluiten, bij de woorden die de
heer Witte vanuit de commissie voor de beroepschriften heeft gesproken. Het
is misschien goed voor raadsleden die pas in deze raadsperiode hier
aanwezig zijn: we hebben hier een procedure in onze gemeente waarbij
besluiten worden genomen en dan kan men uiteindelijk een beroepschrift
indienen bij de door u als raad ingestelde commissie voor de beroep
schriften. Ik denk dat het, kijkend naar de jaren achter ons, een goede
gewoonte is dat u vrijwel altijd unaniem de voorstellen van de commissie
voor de beroepschriften overneemt, tenzij vanuit de commissie voor de
beroepschriften zelf -dus de raadsleden die hier zitten- wordt aangegeven
dat er een nieuw element is waartoe men om welke reden dan ook niet de kans
heeft gehad dat mee te wegen. De heer Witte verklaart hier vanavond dat
echt alle aspecten zoals die hier vanavond vanuit de raad zijn genoemd nog
een keer, wel degelijk aan de orde zijn geweest in de commissie voor de
beroepschriften, dus ik zou u echt als raad willen adviseren: volgt u het
voorstel van deze commissie.
Mevrouw STEKELENBURG (PvdA)Ja, voorzitter, het antwoord van de heer Witte
is duidelijk en ik ga er ook van uit dat al die elementen aan de orde zijn
geweest. Ik leg me daar ook bij neer. Misschien mag ik dan het volgende
voorstel doen, omdat er toch hier en daar wat twijfel is? We laten het
gewoon gebeuren en misschien kunnen we het over een jaar evalueren, dan
kunnen we eens even kijken van alle kanten, met degenen die bezwaar hebben
gemaakt, met name degene die daar een bedrijf heeft, ook de politie,
enzovoorts, hoe het dan functioneert.
Heer GLASTRA (BAM)Voorzitter, ik dacht dat er toch wel sprake zou kunnen
zijn van een kleine procedurele vergissing. Ik wil het geen fout noemen.
Bij een dergelijk voorstel dat u gedaan hebt om een ambulante plaats in een
verkeersstraat te plaatsen, zou altijd bij de afdeling bijzondere wetten en
verkeer van de politie een advies gevraagd moeten worden. Dit is voor deze
plek niet gebeurd. Ik meen toch dat je dan mag aannemen dat dit op een
onvolledigheid berust. Ik zou dus, juist omdat ik vanmiddag dat gesprek heb
gehad met de politie, die mij stellig de overtuiging gaf van: nou, wat ze
daar doen, dat is heel gevaarlijk, zou ik toch dringend willen verzoeken
met die politie eerst te gaan praten, voordat er ongelukken gaan gebeuren.
Dat is wat mevrouw Stekelenburg eigenlijk zegt: laten we over een jaar eens