15 september 1994
- 5 -
niet mee bezig waren. Bovendien is het nog eens zo dat degene die een
dergelijke mededeling doet, ook de kans moet krijgen -en die heb ik hem
zeker willen geven- er zelf over na te denken en zelf tijd te nemen om zich
te beraden hoe hij ermee om zou gaan. Het zou ongepast geweest zijn als wij
meteen na de mededeling door de heer Baks gezegd zouden hebben wat hij wel
of niet zou moeten doen. Dat wil ik er toch over zeggen. Is er iemand in de
raad die het woord verlangt?
Heer KRIJGER (WD): Het is een ongewone situatie en het lijkt mij goed dat
bij ongewone situaties door de raadsleden even overlegd kan worden hoe te
reageren of niet te reageren. Dus vraag ik even schorsing voor een integer
beraad, want ik vind dat er zorgvuldige woorden zijn gesproken door u, door
de heer Baks en door de heer Joustra.
VOORZITTER: Dan schors ik nu de raadsvergadering.
VOORZITTER: Ik heropen de vergadering.
Heer KRIJGER (WD) Nader overleg, mijnheer de voorzitter, heeft ertoe
geleid dat namens de raad de heer Meilof, fractievoorzitter van de kleinste
fractie, maar wel door ons daartoe uitgenodigd, een korte verklaring zal
geven over deze bijzondere situatie.
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF): Voorzitter, de fractievoorzitters hebben kort
met elkaar gesproken. We hebben de verklaring van de heer Baks gehoord. We
zijn allen -dat hebben we tegen elkaar kunnen zeggen- blij, dankbaar dat de
heer Baks deze beslissing genomen heeft. We vinden het wijs dat hij dit
heeft willen doen, kunnen doen, dat hij op deze wijze heeft willen
voorkomen en heeft kunnen voorkomen dat er een smet op de politiek blijft
rusten die er niet zou mogen zijn. Wij distantiëren ons van de gedachte dat
er sprake is geweest van een soort volksgericht. Wij distantiëren ons ook
van de gedachte dat de pers hierin een rol gespeeld zou hebben, die niet
kan. De pers doet daarin zijn taak door feiten bloot te leggen, al zijn het
pijnlijke feiten. Er worden misschien wel eens accenten gelegd waar je niet
gelukkig mee bent, maar de pers doet zijn taak door feiten op tafel te
leggen die noodzakelijk voor de burger er moeten zijn om te weten hoe ze en
op welke wijze ze kunnen vertrouwen op hun vertegenwoordigers in deze raad.
Wij zijn teleurgesteld over het gegeven dat zowel de heer Baks als de heer
Joustra in een bredere verklaring eigenlijk de hele schuld van de zaak, de
oorzaak van het feit dat de heer Baks nu aftreedt, leggen bij de pers en
bij de raad en dat zij in die zin zeggen, eigenlijk het feitelijke, het
gegeven te bagatelliseren. Dat stelt ons teleur. Het is werkelijk
belangrijk genoeg, het is werkelijk ernstig genoeg dat de fractievoorzitter
had kunnen aanvoelen dat zijn daad, ook zonder wat er nu gebeurd was,
voldoende was om af te treden en dat dat niet was omdat er nu sprake van
een volksgericht is.
VOORZITTER: Ik stel voor de beraadslagingen over dit onderwerp nu stop te
zetten. Kunt u daarmee instemmen?
Vragenhalfuurtje
VOORZITTER: Er hebben ons geen vragen bereikt.
Voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor een perceel aan
de Dorresteinweg (G-8526 ged.).
Heer WITTE (GGS): Voorzitter, ik kan me nog herinneren dat we een aantal
jaren geleden hebben gesproken over verplaatsing van het bedrijf van Van
Doorn van de Dorresteinweg naar de Koningsweg. We weten hier allemaal dat
er geregeld allerlei onduidelijkheden waren, dat er bij voortduring aan
schrijvingen naar dat bedrijf moesten, omdat er werkzaamheden plaatsvonden
of opslag was die niet in overeenstemming was met de bestemmingsplan
voorschriften. Ik kan mij ook nog herinneren dat we toen tot de constructie
zijn gekomen om inderdaad toe te staan dat er op dit perceel een woning zou
worden gebouwd, onder de conditie dat de garage, de loods en een aantal