12 oktober 1994
- 14 -
hebben de plicht om het uit te zoeken, we hebben de plicht om tegen een
volle tribune in soms na te denken over de toekomst van deze gemeente, heb
ik u maandag al gezegd. Als we dat niet doen, dan zijn we onverantwoord met
het verkeer, met de veiligheid en met de leefbaarheid in deze gemeente
bezig. Ik pieker er niet over om daar mede verantwoordelijk voor te zijn.
Als het gaat, mijnheer de voorzitter, over een vierde variant, ach, er
wordt hier gesuggereerd dat een vierde variant betekent: doe maar helemaal
niks. In mijn ogen zou een vierde variant nog wel eens een hele andere
kunnen zijn.
Wethouder TEN HOVE: Mijnheer de voorzitter, ik moet zeggen dat ik verbaasd
ben over het initiatiefvoorstel van Groen Links/Progressief Soest, omdat
wij naar mijn oordeel precies de weg bewandeld hebben die de heer Visser
tijdens het lijsttrekkersoverleg een half jaar geleden ten aanzien van de
verkeerssituatie van de Van Weedestraat uiteen heeft gezet. Met uw goed
keuring citeer ik letterlijk de notulen. De heer Visser zegt dan: "Er mogen
geen dictaten worden opgelegd, alles moet zorgvuldig worden afgewogen. Het
is net als bij de structuurvisie, dat is ook geen wet van meden en perzen,
maar iets dat op basis van voortschrijdend inzicht kan worden bijgesteld."
Heer LOKKER (CDA): Daar hebben we die term dus vandaan!
Heer KROL (CDA): En daar komt dus het dooie vogeltje vandaan!
Heer VISSER (GL/PS)U leest niet de aanhalingstekens, waarschijnlijk.
Wethouder TEN HOVE: Als u dat op prijs stelt, wil ik dat uiteraard graag
doen. "Met onderzoek naar oplossingen voor de verkeersproblematiek moet
worden doorgegaan, mits het maar gebeurt met verschillende modellen die men
aan de burgers kan voorleggen." Nu zult u ongetwijfeld dadelijk zeggen dat
de modellen u niet aanstaan, maar ik meen toch dat wij precies de weg
volgen zoals u die daar geschetst heeft. Dus, nogmaals, dat initiatief
voorstel vind ik een onbegrijpelijk voorstel en als ik een motie zou kunnen
indienen zou het een motie van verbazing zijn.
Heer VISSER (GL/PS): Ja, natuurlijk is dat allemaal gezegd, voorzitter. Tot
21 september. Toen bleek duidelijk dat we toch op de verkeerde weg zaten,
dat het alternatief van niks doen en gewoon te doen wat in de structuur
visie staat, helemaal niet ter sprake is gekomen. Kortom, vandaar dat ik de
raad adviseer om op die heilloze weg terug te keren. Ik begrijp dat alle
flinke woorden van de drie collegepartijen wat gespartel is, omdat ze in
hun hart ook wel inzien dat het de verkeerde kant opgaat en dat het
allemaal niet haalbaar is. Ze houden vast aan citaten uit de notulen of uit
afspraken die gemaakt zijn destijds. Nou hebben we het over de structuur
visie, waar jullie ook gewoon doorheen fietsten en als collegepartijen in
een vorige raadsperiode je ook niets van aantrok. Dus laten we het daar
maar niet over hebben.
Wethouder TEN HOVE: Ik heb het over wat u een half jaar geleden gezegd
hebt, niet bij de structuurvisie.
Heer VISSER (GL/PS): Ik ben deze ronde begonnen te zeggen dat ik dat
inderdaad gezegd hebt. Tot de inspraakavond van dinsdag, 21 september
aanbrak en ik merkte dat er in het dorp helemaal geen enkele ondersteuning
is, dat men er helemaal niet achter staat wat u vindt. Kortom, voorzitter,
het is gespartel. Ik begrijp dat drie partijen ermee in hun maag zitten. Ik
adviseer u toch om dit initiatiefvoorstel aan te nemen.
Mevrouw SWINKELS (D66): Voorzitter, ik denk dat het juist is. Ik heb mijn
argumenten aan de heer Krol heel duidelijk laten horen vanavond. Wanneer er
geen plaats is voor een optie die het grootste deel van de bevolking wil -
en dat is de optie: met andere middelen zorgen dat het verkeer redelijk
geregeld is, maar niet met wegen door de polder- als de raad daarin een
redelijk voorstel van D66 gewoon niet aanneemt, moet ik toch een ander
voorstel aannemen. Dat andere voorstel is het voorstel van de heer Visser.
Ik blijf erbij