16 oktober 1995 - 43
als hij vindt dat het te vaak gebeurt. Hij is verantwoordelijk voor de orde
in de vergadering en als hij voldoende keren gewaarschuwd heeft, dan denk
ik dat dat een afweging van de burgemeester isAls zodanig kan ik het
waarderen. Ik kan me voorstellen dat de heer Boerkoel dat niet leuk vindt,
maar ik vind dat u de voorzitter bent en u moet dat bepalen.
Mevrouw TOMASSEN (GL/PS)Een voorzitter maakt toch niet uit wat interes
sant is?
VOORZITTERAls ik dan zelf mag reageren. Ik heb geconstateerd ook dat er
een stuk ongenoegen is ontstaan in de loop van de avond, nadat in eerste
ronde er regelmatig interrupties plaatsvonden. Ik merkte het ook aan
signalen, dat hoeven niet altijd woorden te zijn, dat kunnen ook oogsigna
len, oogcontacten zijn, dat met name de indruk bestond dat er teveel -ik
noem maar gewoon man en paard- door de heer Boerkoel werd geïnterrumpeerd
en dat de anderen wellicht niet helemaal aan hun trekken kwamen daardoor.
Dat is de verantwoordelijkheid van het raadslid zelf natuurlijk, maar ik
kreeg toch het gevoel als voorzitter Met alle waardering voor de heer
Boerkoel, want ik weet tegen welke achtergrond hij dat wil doen, hij wil
met name de discussie verlevendigen. Hij weet ook dat ik daar een voorstan
der van ben en ik betreur het dat door mijn leiding vanavond de indruk zou
kunnen ontstaan dat ik daar tegenstander van ben, dat is per se niet het
geval. Maar aan de andere kant zegt artikel 22 van het reglement van orde:
"Een spreker mag in zijn rede niet worden gestoord, tenzij de voor
zitter het nodig oordeelt hem aan het opvolgen van dit reglement te
herinneren. Interrupties zijn toegestaan tenzij de voorzitter beslist
dat de spreker zijn betoog zonder verdere interrupties zal afronden."
Daar moet ik een evenwicht in zien te vinden, tussen enerzijds de zaak
levendig houden. Terecht denk ik dat dat van belang is. Anderzijds moet ik
ook de tijd in de gaten houden en zorgen dat binnen redelijke tijd de zaken
behandeld worden, zoals u dat mag verwachten van ons. Ik bied mijn excuses
aan dat het wellicht vanavond niet optimaal verlopen is. Ik zal daar
verbetering in aanbrengen en u zult dat merken de volgende keer.
Heer BOERKOEL (PvdA)Hartelijk dank, mijnheer de voorzitter.
VOORZITTERDan kom ik bij Groen Links/Progressief Soest, die nog in tweede
termijn mogen reageren.
Mevrouw TOMASSEN (GL/PS)Ja, voorzitter, ik hoop dat ik mijn rede af mag
maken, zoals u net citeerde uit het reglement. Ik moet zeggen, het ging een
beetje fout, maar het is de eerste keer volgens mij in al die jaren, dus ik
vind het niet zó erg, hoor.
Voorzitter, ik begin maar met de laatste spreker, de voorzitter van deze
gemeenteraad. Ik wil graag de heer Meilof, die hier niet aanwezig is,
ondersteunen in zijn kritiek op de nota van aanbieding. Ik moet zeggen, wij
missen ook eigenlijk het elan en de bevlogenheid die van zo'n nota van
aanbieding moet afstralen. De burgemeester zegt dan wel: de kleur en de
samenstelling van het college en de uitgangspunten dat iedereen zich thuis
moet voelen in onze gemeente. Nou, dan denk ik dat het zo is, dat onder
steunen wijmaar wij hebben dan toch wel speciale zorg voor de mensen met
een minimum inkomen, de mensen aan de onderkant van de samenleving.
U geeft het voorbeeld van de Boerenstreek, dat daar geld bijkomt. Dat vind
ik een slecht voorbeeld. Ik zou graag enige verklaring willen, want toen u
ons vroeg of u dat bestemmingsplan uit kon stellen, toen hebben wij gezegd
met de Partij van de Arbeid: heeft dat geen financiële consequenties want
de begroting van het grondbedrijf was daar al zo krap dat het eigenlijk al
een beetje precair was. Wij hebben toen onder die voorwaarde, dat het dus
niet die financiële consequentie had dat het de begroting zou overschrij
den, ja gezegd tegen het uitstel. Dus ik zou daar toch graag enige uitleg
over hebben.
U ging in op onze kritiek over de rampenbestrijding. Ik moet zeggen, we
praten al jaren over rampenbestrijdingsplannen -dat zijn de uitvoerings
plannen- en u zegt dan: ja, maar deze ramp was uitzonderlijk, maar ik denk
dat je juist voor uitzonderlijke rampen moet oefenen. De coördinatie was
heel belangrijk en ik denk dat die coördinatie niet goed was. Er waren geen