- 2 -
periode, ook zal waarmaken. Wij verwachten dat de burgemeester net zoals
voorheen zich zal inzetten als ware het weer zo'n eerste periode waarin je
je helemaal vertrouwd maakt met de gemeenschap. Tenslotte is niks zeker in
dit leven en ook de regelingen voor burgemeesters kunnen nog best verande
ren in de komende zes jaar. En we blijven hem natuurlijk kritisch volgen.
Daarmee zou ik eigenlijk mijn felicitatie willen beëindigen. Het aardige
van een herbenoeming is dat er nog eens nadrukkelijk gevraagd wordt aan de
vertegenwoordigers van de raad in het seniorenconvent of we instemmen met
een herbenoeming. Daar is positief op gereageerd. Maar een Commissaris van
de Koningin gaat verder in deze, hij luistert wel degelijk ook naar de
geluiden uit de samenleving. Dat deze zo positief waren dat het resulteerde
in een herbenoeming zonder enige twijfel, vind ik iets waar we onze
burgemeester van harte mee mogen gelukwensen. Dat wou ik bij deze namens u
allen doen.
VOORZITTERDank u wel, mevrouw de loco-burgemeester. Hartelijk dank voor
de vriendelijke woorden die u namens het college en namens de raad gespro
ken hebt. Een herbenoeming, u zei het al, is toch weer anders dan je eerste
benoeming. Hoewel tegenwoordig de eerste benoeming het voordeel heeft dat
je in de vertrouwenscommissie al met meestal de fractievoorzitters hebt
kennis gemaakt, terwijl ik weet, mijn eerste benoeming in 1975 in Benne-
broek, toen bestond dat fenomeen nog niet en dan werd je dus voor het eerst
met de raadsleden geconfronteerd tijdens je installatie-raadsvergadering
Het voordeel van het huidige systeem is dat je dus in ieder geval de
fractievoorzitters al -zij het soms kort, een uur maar- gesproken hebt. Het
zijn toch niet allemaal onbekenden voor je, als je de installatie-raadsver
gadering hebt
Zes jaar zijn wat mij betreft voorbij gevlogen. Ik merk dat dat bij
sommigen ook het geval is, want een aantal reacties uit de Soester samenle
ving luiden: goh, is het al weer zes jaar geleden? Zo heb ik het ook zelf
ervaren. Je kunt als burgemeester en ook ik kan alleen maar functioneren in
een gemeente Soest -en dan zeg ik Soesterberg er ook bewust bij- een
gemeente die zo divers is samengesteld naar aard van de bevolking en naar
problematiek, als je je verzekerd weet van de steun van het college, van de
raad, van de gemeentesecretaris en alle medewerkers. Ik heb het voorrecht
gehad om van die steun verzekerd te zijn. Bij de start van deze nieuwe
zesjarige periode geeft diezelfde steun mij weer de kracht om me in te
zetten voor de komende zes jaar.
Mevrouw Blommers zegt dan dat ik nu weliswaar weer voor zes jaar herbenoemd
ben, maar dat ik niet achterover in deze plezierige stoel mag gaan leunen.
Nu is het aardige van de stoelen hier in deze raadzaal dat ze allemaal
hetzelfde zijn. Er zijn wel eens raadzalen waar de stoel van de voorzitter
een hogere leuning heeft, met een gemeentewapen erop. Dus als u niet
achterover leunt in diezelfde stoel, zal ik dat ook niet doen.
Daarbij komt dat als mensen het over mijn leeftijd hebben en ik dan vraag:
raad eens, dan schatten ze het meestal wat jonger in dan mijn werkelijke
leeftijd. Dat in de eerste plaats. In de tweede plaats, tegen de tijd dat
deze zesjarige periode voorbij is, zal de VUT wel niet meer bestaan, want
dan is het geld op, denk ik. Dus er zit nog een kans in, daar moet u maar
rekening mee houden, dat ik wellicht nog een keer opteer voor een volgende
periode, zij het dat ik die niet meer zal kunnen voltooien, tenzij ook de
pensioengerechtigde leeftijd opschuift. En ook daar wordt aan gesleuteld,
dus je weet maar nooit. Het is verder aan u als raad om dat over zes jaar
te bepalen.
Aan het begin van deze zesjarige periode kan ik u verzekeren dat ik mij er
weer op verheug om door te gaan met het werk waarmee wij samen in deze
gemeente Soest bezig zijn. Ik zal niet ingaan, hoewel de verleiding groot
is, op een aantal dingen uit het interview. Het was niet eens een inter
view, ik ben niet aan het woord geweest, maar ik heb de Gooi- en Eemlander
gelezen vanavond. Daar ga ik nu niet op in. Ik ga verder met mijn werk in
Soest, maar naar de aard zoals ik in elkaar zit en naar kracht en vermogen.
Ik zal me inzetten voor de belangen van onze bewoners, zo heb ik maandag
jl. ook in de eed verklaard tegenover de Commissaris van de Koningin.
Ik denk dat het net zo is als bij u als gemeenteraadsleden, vroeger stond
erin dat je uitsluitend de belangen van de gemeente moest behartigen, nu is
er een andere formulering die wat ruimer is. Dat houdt ook verband met
16 november 1995
